Reeks 1 Samuel 1

15-02-2014 10:35

MEETELLEN

1 Samuël 1:1-3 We onderbreken de meditaties over de 7 brieven in Openbaring nu tot Kerst met nadenken over het begin van 1 Samuël. 
Onze aandacht wordt nu gericht op de Leviet Elkana. Hij is een man die redelijk welvarend is. Hij kan namelijk voor 2 vrouwen zorgen. We komen er nog op terug of het goed het was dat Elkana met 2 vrouwen getrouwd was. De twee vrouwen van Elkana zijn Hanna en Peninna. Van Hanna lezen we dat ze kinderloos was. Dat is eigenlijk altijd een groot verdriet. Een verdriet dat vragen oproept ook voor wie met de HERE leeft. Tel je eigenlijk wel helemaal mee? Heb je eigenlijk wel echt waarde voor God? 
Die vragen waren er ook zeker in die tijd. In Babylonië was de gedachte dat kinderloosheid bij een vrouw het gevolg was van de boosheid van de goden. De goden mochten haar niet en daarom kreeg ze geen kinderen. In de wereld rondom Israël bestond er ook het gebruik om na de huwelijksdag een proefperiode van 4 maanden te nemen. Als na 4 maanden de vrouw niet in verwachting was, had de man het recht om het huwelijk te ontbinden. 
De HERE laat zien dat het zo niet is. Dat Hij zo niet denkt! Bij de HERE telt iedereen of je nu kinderloos bent of niet mee. Wie bij Hem schuilt is Zijn geliefd kind! We zien in deze geschiedenis dat Hanna er echt bij hoort. Ook als ze nog geen kinderen heeft.

 

AANBIDDING

1 Samuël : 1:1-3 Elkana is ‘n man wat de HERE wil dien. Hy gaan met sy gesin elke jaar na die tabernakel. Dit is die voorloper van de tempel. Hy wil saam met sy vroue en kinders vir die HERE leef. Hy gaan na Silo waar die tabernakel staan om te aanbid. Hy gaan maar nie omdat jy nou eenmaal verplig is om elke jaar na de tabernakel te gaan nie. Nee, hy gaan om te aanbid, om met sy hart, saam met sy gesin, die HERE te eer. 
Wat is aanbidding? Is dit dat jy dans en spring? Is dit dat jy amper in ekstase raak? Somtyds is dit wat mense onder aanbidding verstaan nogtans is aanbidding baie meer. Aanbidding is dat jy die HERE erken as die enigste God wat ver bo jou staan. Dat jy Hom in diepe eerbied die eer gee wat Hom alleen toekom. As ‘n mens in alle eenvoud sy knieë buig en die HERE dank en eer is jy besig om Hom te aanbid. As Elkana in diepe eerbied vir die HERE ‘n offer bring, aanbid hy die Here God. Dit is nie so dat as ons in die kerk saam is en ons is stil en onder die indruk van die evangelie en ons sing en bid in alle rus dat ons dan nie aanbid nie! Dit is dan ook nie so dat mense dan nie bly is nie! Somtyds hoor jy mense hierdie dinge sê maar dan weet hulle nie wat hulle sê nie. Dan verhef jy jou bo ander omdat jy die ander op die uiterlik veroordeel. Dit gaan daarom dat ons met ons hart vol liefde op die HERE as ons God betrokke is.

 

LET OP!

 
1 Samuël 1:1-3 Hanna heeft geen kinderen. Toch gaat ze straks een belangrijke rol spelen. Zij is een van de vrouwen die onvruchtbaar zijn maar dan toch een kind krijgen die voor de bouw van Gods Koninkrijk heel belangrijk worden. Je kunt hier denken aan Sara, Rebekka, Rachel en Elisabet. Op een andere manier kun je denken aan Maria die als maagd zwanger wordt. 
Je ziet hier vrouwen waarvan niemand meer denkt dat ze nog of al zwanger zullen worden. Menselijk gezien kan dat eigenlijk niet. Dan laat de HERE zien dat Hij God is. Hij is het die uit de dood het leven geeft. We lezen dat als het in Romeinen 4 over Abraham gaat zo: “Er staat immers geschreven: ‘Ik heb je een vader van vele volken gemaakt.’ En hij is dit ten overstaan van God, op wie hij vertrouwde, die de doden levend maakt en in het leven roept wat niet bestaat.” Vs 17 Vrouwen die onvruchtbaar lijken gebruikt de HERE om te laten zien dat Hij op weg naar de verlossing geeft wat Hij wil. Hij laat zo ook zien dat bepaalde kinderen die Hij geeft een speciale taak van Hem in hun leven gekregen hebben. De HERE richt door een teken bijzondere aandacht op hen: 'Let erop wat Ik in dit kind geef.' Dat is ook hier zo. Let op het kind dat nu uit Hanna geboren zal worden. Let op de kleine Samuel door wie de HERE Israël weer op Zijn weg laat gaan. Dat is heel erg nodig in de tijd van Hofni en Pinehas.
 

GEBORGE IN GOD

 
1 Samuël 1:1-3 Elkana en sy gesin gaan na Silo. Na die tabernakel. Dit is die plek waar die HERE van die leërskare op aarde woon. In die Allerheiligste. In ons teks word vir die eerste keer in die Bybel die woorde “God van die leërskare” gebruik.
Elkana ken die HERE as die Almagtige wat beskik oor ‘n geweldig onoorwinlik leër. Ek dink nou ook aan wat die Here Jesus vir Petrus gesê het toe hy met sy swaard Jesus wou verdedig: “Of dink jy dat Ek nie nou my Vader kan bid en Hy vir My meer as twaalf legioene van engele beskikbaar sal stel nie?” Matt 26:53 Elkana ken die HERE wat met Sy leër die groot beskermer van Sy volk is. Jy en die hele volk van God kan by Hom skuil en is by Hom veilig. Die veiligheid is daar omdat Christus nie die legioene van Sy Vader gevra het nie. Hy het Hom laat kruisig en doodmaak om vir ons God se straf te dra en vir ons ‘n veilige plek by die HERE te verdien. Wie glo en by die Almagtige skuil, kan met Paulus as gelowige sê: “Want julle het gesterwe, en julle lewe is saam met Christus verborge in God.” Kol 3:3. So kan jy jou ewig geborge voel by die HERE, die Almagtige as jou Vader. Die mense in Israël wat toe in tere liefde met de HERE geleef het, moet hulle vererg het as hulle gesien en gehoor het hoe die priesters Hofni en Pinehas geleef het. As jy dit sien is die wonder nog groter dat toe nog mense in diepe eerbied vir die HERE geleef het.

 

ONHEILIG IN HET HEILIGDOM

 
1 Samuël 1:1-3 Elkana gaat met zijn gezin naar de tabernakel in de tijd dat Hofni en Pinehas er priesters zijn. Hun vader Eli is de hogepriester maar de dagelijkse gang van zaken is in handen van deze twee zoons. Het is een tijd waarin juist deze priesters zorgen voor onheiligheid in Gods heiligdom. Zij moeten voorgangers, voorbeelden in de dienst aan de HERE zijn. Zij moeten het volk laten zien hoe goed en nodig het is om in diepe eerbied de HERE als de Heilige God te dienen. Om juist daarom uit liefde voor God volgens Zijn goede regels te leven. 
Hofni en Pinehas doen het tegenovergestelde. Ze gebruiken hun positie als priester om er zelf beter van te worden. Om zichzelf te verrijken. Ze gebruiken hun positie ook om met vrouwen die rond de tabernakel werken naar bed te gaan. Zie 1 Sam 2:12-26.  Zelfverrijking en wisselende seksuele contacten om eigen behoefte te bevredigen waren voor hen belangrijker dan de HERE en leven voor Hem. Je ziet dit wangedrag hier en je ziet het ook in onze tijd. Je ziet mensen die in het geestelijke leven vooraan staan en succes hebben meerdere keren tot dit soort gedrag komen. Als je godsdienstig bent om daarmee geld te verdienen, om daardoor zelf aan je trekken te komen gaat het mis. Het gaat om het dienen in het Koninkrijk van Christus. Dat je het in liefde en eerbied van Hem als je Redder verwacht. Hem echt liefhebt!
 

N FEESTELIKE LEWE

 
 
1 Samuël 1:4,5 Elkana bring die offer in die tabernakel. Hy bring ’n slag of ’n vredeoffer. By hierdie offers word ’n deel van die dier verbrand en die grootste deel gaan na die priester en die familie wat die offer bring. Die familie gaan dan saam eet. Dit is ’n feestelike ete. Sien Deut 12;12; 16:11; 27:7 Die familie vier hierby dat hulle by die HERE behoort. Hulle vier dat hulle kinders van God mag wees en vrede met die HERE het. 
Die lewe as kind van God is regtig ’n fees. Wie glo en deur God se genade sy of haar lewe aan Christus wy is regtig gelukkig. Ons is dan regtig blye Christene. Elkana vier die offerfees. Hulle kan lekker eet. Hy gee vir Peninna baie vleis. Genoeg vir haar en haar kinders. As hy by Hanna kom kry sy baie minder want sy het nie kinders nie. Dan voel Elkana sy verdriet. As hy die vleis op Hanna se bord lê lyk dit of sy minder vir hom werd is omdat sy nie kinders gekry het nie. Om te wys dat hy nogtans baie van haar hou, gee hy vir haar ’n dubbele deel. So wys hy haar sy liefde. Jy kan dit vergelyk met pragtige blomme wat jy vir jou vrou gee om te wys dat jy baie lief vir haar is. Die HERE het haar moederskoot gesluit maar Hy wys Sy liefde deur die liefde wat Elkana haar gee. Christus het Sy offer gebring om sowel mense met kinders as sonder kinders in God se liefde te laat deel. Om hulle ’n feestelike lewe te gee.
 

DE ANDER LIEFHEBBEN

 
1 Samuël 1:5-7 Elkana laat aan Hanna zijn liefde zien. Die liefde voor haar wordt niet minder omdat ze geen kinderen heeft. Hij geeft haar juist nog meer liefde omdat hij het verdriet bij Hanna ziet. Hier zien we wat echte liefde is. Dat je laat zien dat je in de moeite er juist voor die ander bent. Dat als je het verdriet ziet met jouw liefde de ander wilt troosten. Er voor die ander wilt zijn en laat zien dat die ander voor jou waarde heeft.
Je ziet hier ook wat daar tegenover staat. Dat is dat mensen zichzelf meer waarde willen geven door een ander in de grond te trappen. Het is Peninna die het verdriet van Hanna steeds weer dieper maakt door er op te wijzen dat zij kinderen van Elkana heeft en Hanna niet. Je ziet hier ook hoeveel ellende het geeft als een man meer vrouwen heeft. We zien in de Bijbel steeds weer hoe dat tot rivaliteit en verdriet leidt. We zien zo ook de wijsheid van God dat Hij wil dat er een huwelijk is tussen een man en een vrouw. In echte liefde voor elkaar. Waarin je er voor elkaar bent en waarin je elkaar troost en op de been houdt. 
Het is belangrijk om hier te zien dat een ander vernederen iets is dat de HERE haat. Onze opdracht is om elkaar lief te hebben. Dat kunnen we alleen als we Gods liefde in Christus kennen. Dan is het niet meer nodig om jezelf te handhaven. Dan zie je dat je Gods genade nodig hebt en wil je juist vanuit die genade de ander liefde bewijzen.
 

REGTE TROOS

 
1 Samuël 1;7,8 Elkana probeer Hanna troos. Hy maak duidelik dat sy vir hom van groot waarde is. Hy hou van haar. Nogtans word duidelik dat daarmee die hartseer van Hanna nie weg is nie. Ons kan as mense ons liefde en aandag vir ander gee nogtans kan ons nie die troos gee wat alles weer reg maak nie. Ons moet ook bedink dat Elkana sy liefde vir Hanna kan wys maar dit het altyd ‘n gedeelde liefde gebly. Hy het ook Peninna as vrou en het ook kinders by haar gekry. Ons sien hier hoe moeilik die situasie word as ‘n man meer vroue het. Hier sien ons weer hoe goed die HERE se gebooie is.
Elkana probeer regtig troos nogtans soek Hanna meer. Ons sien dat Hanna haar troos gaan soek by die HERE. Sy gaan na die tabernakel. Sy gaan na die plek waar die HERE op aarde woon. Sy soek Sy nabyheid. By haar is nog die bitter hartseer wat deur die spot van Peninna weer so skerp deur haar gevoel word. Juis dan is dit so goed om by Hom te kom wat as jou Vader na jou wil luister. Na Hom wat jou in jou omstandighede alles wil gee wat jy nodig het. Die HERE is die regte skuilplek as mense jou minderwaardig laat voel. As jy vir Hom leef, laat Hy jou voel dat jy Sy geliefde kind is! Deur Christus. Dan kan jy huil, dan kan jy kla en dan mag jy weet dat die enige God, wat ook jou toekoms in hande het, Sy hande liefdevol om jou vou!
 

DIEP VERDRIET

 
1 Samuël 1:9-11 Wat een feestmaal moest worden, werd voor Hanna een bezoeking. Peninna was het die haar treiterde. Die de wond van haar verdriet weer helemaal opentrok. Haar man wilde haar troosten maar kwam niet verder dan een gebrekkige poging. Hanna vlucht weg naar de tabernakel. Ze wil alleen met de HERE als haar God en Vader zijn. De hogepriester Eli zit er op zijn bankje. Hanna heeft geen oog voor hem. Ze kijkt aan alle mensen voorbij en richt zich met haar hart op God. Het verdriet doet haar zo zeer. Ze kan het ook niet binnenhouden. In het Hebreeuws wordt duidelijk dat ze intensief huilt. Er lopen maar niet een paar tranen over haar wangen. Ze kan haar verdriet niet inhouden. Terwijl je haar pijn en verdriet ziet en hoort, gaat ze daarmee naar de HERE. Je kunt hier denken aan de intensiteit van verdriet zoals we daarover lezen in Psalm 6: “Moe ben ik van zuchten, elke nacht is mijn kussen nat, mijn bed doorweekt van tranen. Mijn ogen zijn gezwollen van verdriet, rood omrand van alles wat mij benauwt.” Vs 7,8 Wie met zo’n groot verdriet, met zo’n grote wond naar de HERE gaat, mag weten dat de Here Jezus voor jou verdiend heeft dat ook in jouw leven eens werkelijkheid wordt wat we lezen in Psalm 126: “Zij die in tranen zaaien, zullen oogsten met gejuich. Wie in tranen op weg gaat, dragend de buidel met zaad, zal thuiskomen met gejuich, dragend de volle schoven.” Vs 5,6
 

DIENARES

 
1 Samuël 1:11 Hanna het baie gehuil. Sy het gaan bid. Sy kan dit doen sonder om vir die HERE bang te wees. Die HERE is die God wat graag na die nood van Sy kinders luister. Hy staan vol liefde vir hulle oop. Dis Hanna wat so na die HERE kan kom vanweë die werk wat Christus nog gaan doen. Die werk waarvan ons weet dat Hy dit vir elkeen wat by Hom skuil gedoen het. Ons kan dan ook saam met Hanna doen wat ons in Hebr 4 lees: “Laat ons dan met vrymoedigheid na die troon van die genade gaan, sodat ons barmhartigheid kan verkry en genade vind om op die regte tyd gehelp te word.’ Vs 16 As ons mooi oplet, sien ons dat Hanna regtig eerbiedig en verwagtend na die HERE gaan. Sy gebruik in vers 11 drie keer die woord ‘diensmaagd’ of ‘dienares’. Hierdie woord wys daarop dat sy haar toevertrou aan die HERE as haar Heer. Ons sien dieselfde later in die lofsang van Maria. Dan sing Maria omdat sy voel dat in haar die beloofde Verlosser groei: “omdat Hy die nederige toestand van Sy diensmaagd aangesien het”. Dienares, dienaar, kneg van die HERE wees, is regtig goed. Dan vertrou jy jou aan die Almagtige toe wat jou God en Vader kan en wil wees! Dan het jy toegang tot die een God wat nie net jou God is nie. Ook nie die God van een volk, een ras nie. Selfs nie net die God van die aarde nie. Hy is die enige God, die God wat die oorsprong en regeerder van die hele skepping is.
 

DE BETROUWBARE

 
 
1 Samuël 1:11 Hanna weet zich dienares van God. Zij wil in Zijn dienst staan. Ze kent God als de HERE van de legermachten. Ze kent de HERE bij Zijn naam. Die naam met allemaal hoofdletters die uitdrukt dat de HERE trouw is. Dat je op Hem aan kunt! Die naam betekent: ‘Ik ben die Ik ben, Ik ben de Betrouwbare’. De HERE is altijd reddend bij Zijn kinderen volgens Zijn belofte. Hier zie je hoe belangrijk het is dat je die naam HERE bewust gebruikt en uitspreekt. Niet als een naam die er nu eenmaal is maar als de naam waarin de HERE je aanspreekt. Waarin jouw hart meetrilt als je die naam gebruikt of leest. Waarin je dan beseft over wie je het hebt. Die ene fantastische God!
Die ene God die een onoverwinnelijk leger heeft. Niets en niemand kan tegen die God en Zijn leger op. Hij kan werkelijk alles wat Hij beloofd heeft. Hij heeft de Goddelijke kracht om dat te doen. Hij is ook de voor 100% Betrouwbare waardoor Hij dat ook doet. De tijd en de ontwikkelingen op deze aarde halen Hem nooit in. Het is niet zo dat de technische ontwikkeling zo gaat dat er een moment komt dat de HERE niet meer de Almachtige is. Hij was het en is het en blijft het. Mensen van alle tijden kunnen op Hem als de Almachtige bouwen. De kinderloze en getreiterde Hanna kon dat, de maagd Maria kon dat en jij en ik kunnen dat vandaag en elke dag die nog komt.
 

DIENSBAAR

 
1 Samuël 1:11 Hanna wil die HERE se dienares wees. ’n Mens sien dit ook in die vraag wat sy vra. Sy vra nie net om ’n kind nie. Dit gaan vir haar nie net daarom dat sy nie meer deur Peninna gespot en verneder word nie. Dit gaan Hanna nie net daarom dat mense haar weer behandel as ’n vrou wat meetel nie.
Hanna se verlange gaan dieper. Sy vra vir die HERE ’n seun wat vanaf die begin van sy lewe op ’n spesiale manier aan de HERE gewy is. As Hanna ’n seun sou kry was daardie seuntjie ’n Leviet. ’n Leviet was deur die HERE apart gesit om vanaf sy 25e tot dat hy 50 jaar oud was in die tabernakel te dien. Hanna belowe die HERE dat as sy ’n seuntjie kry haar kind vanaf die begin aan die HERE gewy is en meteens wanneer dit kan in die HERE se huis sal kom en help. Hier sien ’n mens dat Hanna se gebed nie net ’n gebed vir haarself is nie. Sy vra om ’n seun omdat sy graag wil dat haar lewe vrug vir die HERE dra. Sy word gespot en geminag. Elkana doen sy uiterse bes om te wys dat haar lewe sinvol is. Nogtans lyk dit so anders. Hanna vra dan nie om ’n kind wat sy altyd sien en kan versorg nie. Nee, sy vra ’n kind waarin sy mag sien dat sy met haar lewe saam kan bou aan God se Koninkryk. Ook as ons vandag kinderloos is en in dienst van Christus leef, is ons lewe sinvol. Al sou ons net maar kon bid. So is dit ook as ons deur ander dinge in mense se oë so min beteken.
 

STIL GEBED

 
1 Samuël 1:12,13 De diepbedroefde Hanna bidt. Eli ziet het. Hij heeft haar horen huilen maar als hij nu op haar let, hoort hij niets. Haar lippen bewegen maar hij hoort niet wat zij zegt. Hanna bidt in stilte. Zij zoekt geen aandacht van mensen. Zij zoekt de nabijheid van de HERE. Zij weet dat het voor de HERE niet nodig is om hardop te praten. Als zij in haar zelf praat en haar hart op Hem richt is het goed. Het is niet nodig om veel geluid te maken of om bijzondere dingen te doen om daarmee Gods aandacht te trekken. Je ziet in de Bijbel dat mensen dat vaak denken. Bijvoorbeeld de Baalpriesters op de Karmel die schreeuwen en zich snijden om maar de nodige aandacht van hun god te krijgen.
Dat is bij de HERE niet nodig. De HERE is die God die met liefde naar al Zijn kinderen kijkt. Elk moment van je leven. Je mag in stilheid bij Hem zijn en Hij zal je nooit vergeten. Hij zal als je in stil gebed tot Hem komt met innige aandacht naar je luisteren en je geven wat je nodig hebt. Als ik deze dingen schrijf moet ik denken aan twee plekken in de Bijbel:
Psalm 131:2,3 “Nee, ik ben stil geworden, ik heb mijn ziel tot rust gebracht. Als een kind op de arm van zijn moeder, als een kind is mijn ziel in mij. Israël, hoop op de HEER, van nu tot in eeuwigheid.” NBV Klaagliederen 3:26: “Goed is het te hopen en stil te wachten op het heil van de HEERE.” HSV
 

DRONK?

 
1 Samuël 1:12,13 Hanna het vir die HERE beloof dat as sy ’n seuntjie kry daardie kind sy hele lewe in diens van Hom sal staan. Sy hare sal dan nooit afgesny word nie. Hanna belowe die HERE dat haar seun dan lewenslank ’n Nasireër sal wees. Sien Num 6:4,5. Hierdie belofte beteken ook dat haar seun nooit alkoholiese drank sal drink nie. Haar seun sal altyd heeltemal bewus in die lewe staan.Hanna bid lank en stil om hierdie seun. Sy wy haar in gebed aan die HERE. Eli die hoëpriester sien Hanna wat so lank bid. Hy sien hoe haar lippe beweeg maar uit haar mond kom geen geluid nie. Eli begin dink dat hierdie vrou dronk is. Dronk wees en in die HERE se huis wees pas nie by mekaar nie. Wie in die tabernakel diens doen was dit nie toegestaan om wyn of drank te drink nie. ’n Priester of Leviet en ook elke andere Israëliet moes heeltemal bewus by die HERE in Sy huis kom. Lev 10:9,10 Buite die heiligdom was dit toegestaan om te drink maar dronk word was en is in die HERE se oë sonde. Dit was in daardie tyd baie spesiaal. In die godsdienste buite Israël was dit  juis goed om in die heiligdom dronk te wees. Dan het ’n mens in ekstase geraak en dit was ’n bewys dat jy in kontak met die gode staan. Dan sou jy tot ’n hoër vlak van jou lewe gekom het. Die HERE wys ’n ander pad: “Moenie dronk word van wyn nie – daarin is losbandigheid; maar word met die Gees vervul.” Ef 5:18
 

ONEERLIJKE KRITIEK 

 
1 Samuël 1:13,14 Hanna bidt. Haar hart is op de HERE gericht. In haar nood schuilt ze in alle stilte bij haar God en Vader. Dan ineens hoort ze de stem van de hogepriester Eli. Bestraffende woorden. Eli roept Hanna op om uit de tabernakel weg te gaan. Het is toch te gek dat ze hier dronken in Gods huis zit!
Wat moeten deze woorden de gelovige Hanna diep geraakt hebben. Zij die zo vol liefde bij de HERE schuilt, krijgt hier de beschuldiging te horen dat ze dronken is. We zien deze beschuldiging vaker in de Bijbel terugkomen. Ik denk nu aan de Here Jezus en Johannes de Doper. Johannes de Doper was de heraut die Christus aankondigde. Hij was een Nasireër zoals Samuël. Dat was de Here Jezus niet. Jezus dronk op Zijn tijd een wijntje. Maar als mensen je niet vertrouwen en niet willen geloven dan maakt het niet uit hoe je leeft. Dan hebben ze altijd kritiek. Dan vinden ze altijd wat, hoe oneerlijk ook! Lees maar in Matt 11 waar de Here Jezus zegt: “Want toen Johannes kwam, en niet at en dronk, zei men: “Hij is door een demon bezeten.” Nu is de Mensenzoon gekomen, hij eet en drinkt wel, en nu zegt men: “Kijk toch eens, wat een veelvraat, wat een dronkaard, die vriend van tollenaars en zondaars.” En toch is de Wijsheid door heel haar optreden in het gelijk gesteld.” Vs 18,19 Christus is de Wijsheid en die weerlegt door Zijn woorden en daden zulke oneerlijke kritiek.
 

MAL? 

 
1 Samuël 1:14,15 Hoe seer het Eli se woorde Hanna gemaak! Eli wat Hanna oproep om te loop en eers nugter te word. Die HERE is met Hanna. Hy gee vir haar die genade dat sy nie teleurgestel loop nie maar in liefde antwoord gee. 
Hanna vertel dat sy nie dronk is nie. Die HERE en Sy huis is vir haar heilig. Sy wil juis in diepe eerbied en liefde by die HERE as haar God en Vader wees. Die juiste ontkenning dat sy dronk is laat my dink aan die Here Jesus se leerlinge op die Pinksterdag. Die Heilige Gees word oor Christus se kerk uitgestort. Jesus se leerlingen getuig dan van God se groot dade. Ons moet daarby bedink dat dit veral die groot dade is wat die HERE deur Christus se werk op aarde gedoen het. Hulle het toe verseker ook van Sy opstanding en hemelvaart getuig. Almal het dit in hul moedertaal gehoor. Die reaksie van party van die hoorders is: “Hulle is dronk”. Petrus reageer deur God se genade soos Hanna in alle rus. Hy gee ’n waardige antwoord. Hulle was nie vol soetwyn nie! Hoekom het party mense tog die beskuldiging uitgespreek? Omdat Petrus en die anderes vanChristus se werk getuig het. Mense wat dit nie wil glo sê dan dat jy mal is. Jy moet wel dronk wees om sulke dinge te sê. Wat is dan die regte antwoord? Om eerlik te vertel wat die werklikheid is. Om te bly getuig van God se groot dade in Christus. Dan is jy nie dronk of mal nie maar wys en wys jy die werklikheid.
 

IN EEN VOEDERBAK 

 
Lukas 2:7 “Ze legde Hem in een voederbak”
De Here Jezus is geboren. Klein en teer. De Zoon van God is zichtbaar mens geworden. Een wonder zo groot dat we het nooit helemaal vatten kunnen. Kerstfeest is dan ook het feest waarop Gods kinderen zich verwonderen. Het feest waarbij wie met Christus verbonden is door geloof uitroept in deze wereld: “Komt verwondert u hier, mensen”.
Als je dan alleen op de voerbak, op de kribbe let. Dan zie je hoe de Zoon van God de wereld inkomt op een plaats waar voor Hem eigenlijk geen plaats is. Hij wordt niet als de grote Redder en Koning ontvangen. Er moet ergens achteraf een plekje gezocht worden waar Hij in kan liggen. Jozef en Maria zijn vol liefde en zorg voor de kleine Jezus maar de mensheid staat niet vol verwachting op Hem te wachten. 
Toch komt de Zoon van God om Zijn werk te doen. Juist in alle nederigheid. Juist om vanaf het begin te lijden en vernederd te worden. Het geweldige en grote is dat de Zoon van God arm werd om ons rijk te maken. Hij kwam om schuldige mensen onschuldig voor God te maken. Zonder dat wij uit onszelf daarom een keer gevraagd hebben. Jezus in de voerbak laat zien hoe arm Hij geworden is. Hij werd arm en als Onschuldige schuldig gemaakt om ervoor de zorgen dat wie eigen armoede en schuld erkent en bij Christus redding zoekt rijk wordt en witte kleren aankrijgt. Gewassen in Christus bloed. Verwondert u hier mensen!
 
Lukas 2:15: “Laat ons na Bethlehem gaan”. 
Die herders het die engele se boodskap gehoor. Die Saligmaker is gebore. Hulle kan Hom in ‘n krip vind. ‘n Krip in ‘n stal is Sy wieg. Dit het duidelik geword dat Hy iewers naby Bethlehem gebore is. Die herders roep mekaar op om dan ook regtig dadelik Bethlehem toe te gaan. Die engele se boodskap is vir hulle die groot nuus. 
Ons het die Kersfees gevier. Juis dan is dit belangrik om vir jouself te vra: was dit vir my regtig Christusfees? Was die regte Kersboodskap vir my die groot nuus? Al het ons dit al baiekeer gehoor, is dit vir ons nog altyd die nuus wat in ons lewens skitter? Die nuus wat ook ons daartoe bring om Christus te aanbid. Om Hom te volg als ons Saligmaker, ons Redder, ons Koning, ons God. 
Dan leer ons om na Bethlehem te gaan maar daar nie te bly nie. Dan gaan ons ook na die kruis, na Christus wat opgestaan het, na die Here Jesus wat na die hemel opgevaar het. Dan gaan ons vol verwondering oor Sy liefde en bewus van ons skuld na Christus wat in die hemel is. Wat vir hulle wat hul skuld bely en hulp by Hom vra by die Vader pleit. Na Christus wat op God se dag volgens Sy plan terugkom op die wolke. Dan gaan ons na diè Christus wat Sy werk as Redder heeltamal gedoen het en die skitterende resultaat op die nuwe aarde uit genade aan God se kinders gee. God leef daar in vrede onder Sy volk!
 
 

GEEN VERDRIET TE GROOT OF TE KLEIN 

 
1 Samuël 1:15 Er is met Hanna iets heel anders aan de hand dan dronken zijn. Zij is in en in verdrietig. Dat verdriet is zo groot dat ze het bij geen mens helemaal kwijt kan. Dat verdriet is ook zo ingrijpend dat geen mens haar er echt uit kan helpen. Daarom spreekt ze haar verdriet bij de HERE uit. Bij Hem die jou en mij echt helemaal kent. Bij wie je de omstandigheden van je leven niet helemaal uit hoeft te leggen. Bij Hem waarvan je nooit het gevoel hoeft te hebben dat Hij je niet helemaal begrijpt. Hij kent je helemaal. Hanna heeft lang met de HERE gesproken en haar nood bij Hem gebracht. Dat is nu het geweldige van de HERE dat Hij zich niet zo hoog verheven boven ons voelt dat onze nood te klein en te onbelangrijk voor Hem is. Hij stelt in jou en mij belang. Hij luistert graag naar de nood die wij bij Hem brengen. Hij wil voor jou een plek zijn waar je je veilig weet. Bij wie je jouw hart kunt uitstorten en die in de nood je wil dragen. Al zou ik niet weten hoe het moet. Hij is God en zorgt door alles heen voor Zijn kinderen. Zoals we dat ook lezen in Psalm 142: “Luid roep ik tot de HEER, luid smeek ik de HEER om hulp, bij Hem stort ik mijn hart uit, bij Hem klaag ik mijn nood. Ik ben ten einde raad, U kent de weg die ik moet volgen, Ik kijk terzijde en zie niemand die om mij geeft, nergens een toevlucht voor mij, niemand die hecht aan mijn leven. Ik roep tot u, HEER: ‘U bent mijn schuilplaats, al wat ik heb in het land van de levenden.’
 
 

CHRISTELIKE LEWE 

 
1 Samuël 1:16 Hanna pleit by die hoëpriester Eli. Sy sê dat sy nie ’n slegte vrou is nie. Dit is nie so dat sy nie deug nie. Eli sien en hoor dit! As ’n mens dronk is, praat jy op ’n ander manier as wat Hanna doen. Die manier waarop sy praat straal waardigheid uit. Sy weet en meen wat sy së. 
Ons sien in Hanna ’n voorbeeld van ’n christelike lewe. Mense kan baie dinge oor Christenen sê wat sleg is. Hulle kan oor God se kinders laster. Juis dan is dit so belangrik dat ons wys dat wat die mense sê nie reg is nie. Die Gees wys ons o.a. in 1 Petrus 2:11,12 die regte pad:: “Geliefdes, in die wêreld is julle vreemdelinge en bywoners. Daarom dring ek by julle daarop aan om nie aan sinlike begeertes toe te gee nie. Dit verwoes ’n mens se lewe. Gedra julle altyd goed onder die heidene sodat, al praat hulle kwaad van julle asof julle misdadigers is, hulle julle voorbeeldige lewe sien en God kan verheerlik op die dag van afrekening.” Vs 11,12 
Hanna vra begrip by ’n ampsdraer. Sy vra van Eli dat hy regtig na haar luister. Juis ’n ampsdraer moet iemand wees wat regtig na die nood van God se kinders luister. Om te kan troos, nie met sy eie woord, sy eie gevoel, sy eie idees nie maar met God se woorde wat ewig seker is. Dan deel ’n ampsdraer die regte troos uit waarop ’n mens kan bou. Dan kry die ander troos aangereik waarmee hy of sy regtig iets kan, wat toekoms oopnmaak.
 

GODS VREDE 

 
1 Samuël 1:17 Eli ziet in dat Hanna niet dronken is. Hij merkt dat het om een vrouw gaat die echt met de HERE wil even. Het van Hem verwacht. Je ziet dat de houding van Eli nu ook helemaal verandert. Hij zegt dan: “Ga in vrede”.
Het is duidelijk dat er tussen Hanna en de HERE geen obstakel is. Hanna wil juist dicht bij de HERE leven. Wie zo leeft, heeft vrede. Dat wil niet zeggen dat je dan op aarde een makkelijk leven hebt. Hanna gaat weer terug naar Elkana en zij zal de eerste tijd nog gepest worden door Peninna. De moeite zijn niet in een keer weg. Toch is er die diepe vrede met God. Toch is er Gods liefde voor haar waardoor ze weet dat haar zonden vergeven zijn. Dat God haar Vader is die echt om haar geeft. Het is heel belangrijk om eerst hier op te letten. Hanna krijgt namelijk te horen dat de HERE haar zal geven waar ze om gevraagd heeft. Zo gaat het niet altijd. Je kunt met je verdriet bij de HERE komen en toch wordt de reden voor het verdriet nooit uit je leven weggenomen. Dat kan heel zwaar zijn. Toch hoef je er dan niet aan te twijfelen dat de HERE naar je luistert en om je geeft. Hij geeft je dan Zijn vrede! Hij staat niet tegenover jou maar heeft Zijn arm van liefde om je heen geslagen. Hij heeft Zijn hart, Hij heeft Christus voor jou gegeven om niet zonder einde verdriet te hebben maar op weg te zijn naar de eeuwige vrede, de eeuwige blijdschap.
 

LAASTE DAG VAN 2013 

 
1 Samuël 1:27 Dit is die laaste dag van 2013. Ons word in ons vers daarby bepaal dat Hanna beklemtoon dat sy gekry het waar sy die HERE om gevra het. Samuël is die kind waar sy so spesiaal vir gebid het. Die HERE word hier as die Hoorder van ons gebede geëer en bely .
Dit is goed om ook vandag daaraan te dink dat die HERE in die afgelope jaar na ons gebede geluister het. Hy het jou gebede verhoor as jy met ‘n opregte hart gebid het.
Dit wil nie sê dat jy alles gekry het wat jy graag wou gehad het nie. Dit beteken nie dat jy dus van siek gesond geword het nie. Dit kan gebeur het maar dit is nie noodwendig so nie. Nogtans het die HERE jou gebed om vergifnis, om die Gees wat jou leer glo en Christus volg, verhoor. Wie opreg bid ontvang dit van die HERE. Die HERE laat niemand wat met belydenis van eie skuld bid met leë hande staan. Nooit nie!! 
Wie as bidder in die jaar 2013 geleef het, kan weet dat hy of sy deur Christus offer vrede met God het. Dan kan jy bemoedig die nuwe jaar ingaan. Die HERE is naamlik altyd dieselfde. Hy is uit genade altyd die troue God wat die Hoorder van die gebede is. Jou aan Hom toevertrou, beteken dat jy vol vertroue die nuwe jaar kan begin. Dan mag jy weet: Die HERE is met my. As Hy met jou gaan, kan jou lewe nie stukkend gemaak word nie. Ek wens almal ‘n nuwe jaar in vrede met die HERE wat altyd na Sy kinders luister! Met Sy hart.
 

EEN NIEUW JAAR 

 
1 Samuël 1:28 Een nieuw jaar is begonnen. Wat gaat dit jaar ons brengen? We weten het niet. Het is niet in onze handen. Het is in de handen van de Schepper van alle dingen. Hij is de enige en goede God. Hoe gaan we dit nieuwe jaar onder de regering van koning Christus in? Hanna laat in onze tekst zien wat de goede houding is. Zij maakt Eli duidelijk dat ze hier komt met de jongen die ze van de HERE gebeden heeft. De jongen die de naam draagt dat hij van God gebeden is. Bij dat gebed heeft Hanna beloofd dat zij dit kind levenslang aan de HERE zal wijden en dat hij als hij van de moedermelk af is in de tabernakel dienst zal doen. Hanna geeft aan de HERE terug wat ze van Hem gevraagd heeft. Dit was een heel bijzondere situatie. Toch zien we hier iets dat voor ons allemaal altijd van het grootste belang is. Om de dingen die we van de HERE gekregen hebben aan Hem te wijden. In dienst van Christus te gebruiken. Ons leven is niet van ons. We hebben het van de HERE gekregen om het in dienst van Hem te besteden. Tot Zijn eer. Dat is niet bedreigend. Dat is juist bevrijdend want dan wordt je pas echt gelukkig. Leven zoals we belijden in antwoord 6 van de Catechismus: “God heeft de mens goed en naar zijn beeld geschapen, dat wil zeggen: in ware gerechtigheid en heiligheid, opdat hij God, zijn Schepper, naar waarheid kennen, Hem van harte liefhebben en met Hem in de eeuwige heerlijkheid leven zou, om Hem te loven en te prijzen.”
 
BID VIR MEKAAR
 
1 Samuël 1:18 Dit is belangrik om te sien wat ons letterlik in ons teks lees. Sowel die Nuwe Afrikaanse Vertaling as de Nieuwe Bybelvertaling vertaal hier baie vlak. Die Nuwe vertaling het: “Mag dit vir my wees soos u sê.” In die Nieuwe Bijbelvertaling lees ons: “Ik dank u voor uw vriendelijkheid.” 
Die Afrikaanse vertaling van 1953 gee die korrekte letterlike vertaling: “Mag u dienares guns in u oë vind.” Hanna gee hier haar posisie teenoor Eli weer. Sy erken hom as ‘n spesiale dienaar van God. ‘n Man wat die HERE bo haar gestel het. Sy erken sy posisie as hoëpriester. Sy vra om guns van sy kant. Die vraag is waaraan ons moet dink. Ons kom dit op die spoor as ons raaksien dat die hoëpriester ook die voorbidder vir die volk was. Hanna vra om Eli se gebed vir haar. Die HERE het deur Eli verseker dat sy gaan kry waar sy om gebid het. Nogtans gaan dit nie maklik wees om haar belofte na te kom. Sy het belowe sodra haar seun nie meer uit haar bors drink nie hom na die heiligdom te bring. Sy sal haar seun al jonk moet mis. Sy het nodig om as dit sover is die geloof te kry om ook dit ook regtig te doen. Om so te maak al is dit vir ‘n moeder baie moeilik. Hoe goed is dit om ook vir ander te vra om vir ons te bid. Om eie swakheid te erken en die hulp van ander wat vir jou bid in te roep. So leer ons ook regtig vir mekaar bid. Om regtig as ‘n gemeenskap te leef.
 

Dag 1 1 Samuël 1:19 Dit is die volgende dag. Die tyd om weer huis toe te gaan het gekom. Elkana-hulle maak hul klaar vir die terugreis. Nogtans gaan hulle nie dadelik vanuit die plek waar hulle tuisgaan na Rama nie. Hulle gaan eers nog na die tabernakel om die HERE te aanbid. 
Elkana is ‘n man wat sy lewe aan die HERE wil wy en op Hom bou. Hy gaan saam met sy gesin weer die gewone lewe van elke dag in. Hy doen dit nie sonder naby die HERE te kom nie. Dit is baie mooi om te sien. Hy begin ‘n nuwe periode met die aanbid van die HERE. Hy wy hom aan die HERE en verwag dit in die nuwe periode weer van Hom.
Hoe goed is dit dat ons elke week daarmee begin om saam met ons broers en susters die HERE in die kerkdienste te aanbid. Om die nuwe week te begin deur saam ons hart op die HERE te rig. Om saam te bely dat die HERE die een wonderlike God en dat Christus ons Heer en Verlosser is. 
Hoe goed is dit om elke nuwe dag met die luister na die HERE en die praat met Hom te begin. Om nie dadelik na jou werk te hardloop nie maar eers die rus te neem om jou Bybel te lees en te bid. Elke nuwe dag is ‘n dag van ons God en Heer. Ons het dan Sy leiding, Sy sorg, Sy liefde, Sy vergewing so nodig. Hy is die een God wat dit kan en wil gee. Ons is vir elke asemhaling van Hom afhanklik. Hy verdien elke dag dat ons met Hom begin. 

 

Dag 2 1 Samuël 1:19 Elkana is met zijn gezin weer terug in Rama. Weer thuis. Dan wordt duidelijk dat Elkana Hanna nog helemaal ziet als zijn vrouw. Het is niet zo dat zij voor hem eigenlijk heeft afgedaan omdat zij hem geen kinderen heeft gegeven. Hij zoekt de intimiteit met Hanna na het emotionele bezoek aan de tabernakel. Het is niet zo dat hij de seksuele gemeenschap met haar alleen zoekt om kinderen te krijgen. Alles wijst erop dat er tussen deze twee de echte liefde is. Dan is het elkaar zoeken en vinden in het meest intieme, en dat ook lichamelijk samen beleven, kroon op het echt van elkaar houden. Dat is dan wat je met die ene man of vrouw op aarde hebt. Wat je met niemand anders hebt. Omdat je onder de mensen van niemand anders zo houdt.

De HERE laat nu ook zien dat je altijd op Hem aan kunt. Hij heeft door Eli beloofd dat Hanna zou krijgen waar ze in de tabernakel om gevraagd had. De HERE is niet iemand die iets belooft en dan later dat weer vergeet. Hij is altijd met al Zijn aandacht bij jou. Letterlijk staat er in onze tekst ook dat de HERE tijdens de seksuele gemeenschap tussen Elkana en Hanna aan Hanna dacht. Hij dacht aan Zijn belofte en zorgt er voor dat ze nu zwanger wordt. De HERE hoort ons gebed. Hij geeft op het gebed wat we nodig hebben. Geeft altijd om Christus werk wat we nodig hebben om vruchtbaar te zijn in Zijn Koninkrijk. Met of zonder kinderen.

 

Dag 3  1 Samuël 1:20 ’n Mens sien in die tyd wat Elkana-hulle weer by die huis is dat Hanna swanger geword het. As die bevalling se tyd gekom het, sien Hanna die verhoring van haar gebed. Sy kry nie net ’n kind nie. Sy kry ’n seun waar sy die HERE om gevra het. Sy bely ook dat dit nie toevallig is nie. Sy maak duidelik dat hierdie seuntjie die naam Samuël moet kry. Hierdie naam wat beteken: “Van die HERE gevra”. Dit is ’n pragtige belydenis. ’n Belydenis waarin ook haar dank deurklink. Sy het nie net om hierdie seuntjie gebid nie. Sy dank die HERE ook in die naam wat sy hom gee. Ons bid dikwels om baie dinge. Wat doen ons as ons dit van die HERE gekry het? Dank ons dan of vind ons dit eintlik heel gewoon dat die HERE dit op die gebed vir ons gegee het? Hoe belangrik is dit om regtig raak te sien dat die HERE uit genade ons gebede verhoor en om Hom daarvoor te dank. As jy daarvoor leer dank, sien jy raak dat as die HERE bepaalde dinge niet vir jou gee nie Hy nogtans so baie ander dinge vir jou gee wat jy nie verdien het nie. Die seuntjie kry die naam Samuël: “Van die HERE gebid”. Hanna het om hierdie kind gevra. Die volk van God het eeue lank gebid om die een kind wat die Verlosser sal wees. Toe Maria haar eerste kindjie gekry het, het sy geweet dat Josef en sy Hom die naam Jesus moet gee. Die HERE het dit voorgeskryf. Die naam wat beteken dat die HERE gekom het om Sy volk te verlos. Gebedsverhoring!

 

Dag 4 1 Samuël 1: 21,22 Het is een jaar later. De kleine Samuël is geboren. Hij is waarschijnlijk een paar maanden oud. De zorg voor de baby komt helemaal op de moeder neer. Als het op de voeding aankomt is de kleine Samuël helemaal van de borst van moeder Hanna afhankelijk. In die tijd waren er niet allerlei soorten babyvoeding. De eerste drie jaar van je leven moest je het van moeders borst hebben. Als moeder geen voeding of niet meer genoeg voeding had werd een andere vrouw gezocht die nog borstvoeding had. Een zoogmoeder. Na drie jaar werd de borstvoeding langzaam maar zeker verminderd en kreeg het kind al meer ander voedsel. 

Een flinke reis met de ongemakken die er bij horen, zijn niet bevorderlijk voor de voeding en verzorging van de baby. Daarom besluiten Hanna en Elkana dat Hanna en Samuël niet meegaan met het jaarlijkse bezoek aan de tabernakel. Als Samuël niet meer afhankelijk is van de borstvoeding zal hij meegaan en voor altijd in de tabernakel blijven. Elkana stemt hier mee in. Elkana en Hanna zijn èèn in hun leven voor de HERE! Samen leven ze uit geloof. Dat is het geheim en het medicijn voor een goed huwelijk. Zo zie je dit later bij Zacharias en Elisabeth en bij Maria en Jozef. Samen je beloften aan de HERE houden en ook voor de toekomst vertrouwen op Zijn zorg. Vertrouwen op de Verlosser Jezus Christus.

 

Dag 5  1 Samuël 1:23 Elkana sê vir Hanna: “Maak soos jy dit goedvind.” Ons hoor hier dat Elkana met die belofte wat Hanna gedoen het ingestem het. Dit was nie vanselfsprekend nie. As ’n vrou in die tyd ’n gelofte doen, kon haar man dit ongeldig verklaar. Ons lees hieroor in Num 30:11-13. Ons sien in ons teks dat Elkana en Hanna saam besluit het om in geloof die belofte van Hanna aan die HERE uit te voer. Hulle is èèn in geloof. Hulle kan saam vanuit die liefde vir die HERE praat en dit saam uitleef. Hoe belangrik en goed is dit! Ons moet besef dat die belofte wat Hanna gedoen het baie ingrypend is. Jy bring jou kind van ongeveer 4 jaar na ’n plek waar jy hom aan ander toevertrou. Jy sien hom vanaf daardie oomblik nog net èèn keer per jaar. Nogtans stem ook Elkana daarmee saam omdat hul seun dan aan die HERE gewy word. So kan dit ook gebeur dat ons kinders kry wat na ander plekke op die wêreld geroep word om in diens van die HERE spesiale werk te doen. Dit vra dan van ons offers nogtans is dit ’n voorreg as jou kinders sulke werk mag doen. Waar die HERE roep is dit goed. 

Samuël word daartoe bestem om sy lewe op ’n spesiale manier aan die HERE te wy. Christus wat later gebore word,, is deur Sy Vader in die hemel op die mees spesiale manier vir die diens aan Hom gewy. Hy gee Sy lewe om God se kinders te verlos. Dankie Vader dat U dit uit liefde gedoen het! Dankie Seun van God dat U so gekom het! Geseende Kersfees vir almal wat dit lees.

 
Dag 6  1 Samuël 1:24 De tijd is gekomen om de kleine Samuël van de borst te ontwennen. De kleine Samuël van ongeveer 3 jaar oud begint al meer ander voedsel te eten. Al minder aan de borst. Dat betekent dat het moment dichtbij komt dat de kleine jongen naar Silo gebracht zal worden. Dat heeft Hanna aan de HERE beloofd en Elkana heeft deze belofte overgenomen. Nu dat moment zo dichtbij komt, moet dat toch wel moeilijk geweest zijn voor deze twee ouders. Toch lezen we dat ze het doen. Ze vertrouwen zich ook nu aan de HERE toe. Zijn zorg is de beste zorg die iemand kan krijgen. 

Ze gaan op weg om met de kleine Samuël. Ze nemen ook offerdieren mee. Ik schrijf hier met opzet het meervoud. In veel vertalingen lezen we over èèn driejarige stier. Zoals in de NBV en de HSV. In de Statenvertaling en de Vertaling van 1951 lezen we dat er 3 stieren werden meegenomen om te offeren. Die 3 stieren is het ook wat in de betrouwbaarste handschriften staat. Dat is waarschijnlijk veranderd omdat het een onwaarschijnlijk groot offer lijkt. Toch is er nog een aanwijzing dat Elkana en Hanna zo’n groot offer gebracht hebben. Ze namen namelijk ook een efa meel mee. Dat is meer als 20 kilo. Dat is de hoeveelheid die hoort bij het offer van 3 jonge stieren! Zie Num 15:9. Hanna brengt dus een groot offer! Ze geven veel voor de HERE omdat ze zich echt in liefde en vol dankbaarheid aan Hem verbonden weten.

 

Dag 7 1 Samuël 1:24 Samuël was nog jonk. Dalk drie of vier jaar. Die offer wat gebring word is ´n offer vir die ouers en ook vir die klein Samuël. Hoe moet dit met die ouers en veral met Samuël op die pad vorentoe? In ons lewens kan skielik iets gebeur waardeur ons vol angs en onsekerheid na die toekoms kyk. Ons sien hier dat de Gees deur Hanna ons die regte pad wys. Elkana-hulle bring offers vir die HERE. Hul vertrou hulle aan die HERE toe. Hulle dra die klein Samuël aan die HERE op. 

As ons nie weet hoe dinge sal gaan nie, is dit so belangrik om jou lewe en diè van jou geliefdes in God se hand te lê. Hy ken ons en het belowe om vir ons as die hemelse Vader te sorg. Rus by Hom vind, is die belangrikste in ’n mens se lewe. Dan kan jy dinge doen waarvan jy nie kan oorsien wat die gevolge daarvan sal wees nie. As jy weet dat jy doen wat jy die HERE beloof het en wat volgens Sy Woord is, sal Sy sorg jou nooit ontbreek nie. Ons lees dit ook in Psalm 18: “Met u hulp loop ek ’n oormag storm, met my God by my is geen stadsmuur vir my te hoog nie. Wat God doen, is volmaak; wat die HERE së, is suiwer. Elkeen wat by Hom skuiling soek, beskerm Hy. Vs 30,31 
Wie trou die HERE dien en sy of haar geloftes inlos, kry om Christus God se beskerming rondom sy of haar lewe! Dan is jy veilig. Dan kan jy die pad vorentoe stap.

 
 

KIND VOOR DE HERE

 
1 Samuël 1:25,26 Het offer is gebracht. Hanna gaat nu naar Eli. Ze gaat de kleine Samuël bij de hogepriester brengen. Het zal duidelijk zijn dat kinderen niet zomaar naar de tabernakel gebracht konden worden. Dat was dan ook niet het geval. De gewone plaats van kinderen is bij hun ouders. Is dat ze in liefde door vader en moeder opgevoed worden. Dat die hun kinderen in liefde voor de HERE steeds weer bij de HERE brengen. Over Hem vertellen en ze de weg naar Christus wijzen. Dat ze voor hun kinderen ook elke dag weer bidden. We lezen deze dingen steeds weer in de Bijbel. We mogen onze opvoeding niet op andere mensen afschuiven. Niet op kinderdagverblijven en zelfs niet op de school. Al zoeken we juist een school waar ook vanuit diepe eerbied voor de HERE en Zijn Woord les gegeven wordt en met elkaar omgegaan wordt. 
Hanna gaat naar Eli om duidelijk te maken dat het hier om een bijzondere situatie gaat. Een situatie waarin zij iets aan de HERE beloofd heeft en Eli dat als hogepriester bevestigd heeft. Zij herinnert Eli aan een aantal jaren terug toen na een gesprek hij gezegd heeft dat ze zal krijgen waar ze om gebeden heeft. Namelijk een zoon die van jongs af dienst zal doen in het huis van God. Het is de HERE zelf die door deze uitspraak van de hogepriester bevestigd heeft dat deze kleine jongen nu al een plaats in Zijn heiligdom moet krijgen.
 

HOORDER VAN DIE GEBED

 
 
1 Samuël 1:27  Ons word in ons vers daarby bepaal dat Hanna beklemtoon dat sy gekry het waar sy die HERE om gevra het. Samuël is die kind waar sy so spesiaal vir gebid het. Die HERE word hier as die Hoorder van ons gebede geëer en bely .
Dit is goed om ook vandag daaraan te dink dat die HERE na ons gebede geluister het. Hy het jou gebede verhoor as jy met ‘n opregte hart gebid het.
Dit wil nie sê dat jy alles gekry het wat jy graag wou gehad het nie. Dit beteken nie dat jy dus van siek gesond geword het nie. Dit kan gebeur het maar dit is nie noodwendig so nie. Nogtans het die HERE jou gebed om vergifnis, om die Gees wat jou leer glo en Christus volg, verhoor. Wie opreg bid ontvang dit van die HERE. Die HERE laat niemand wat met belydenis van eie skuld bid met leë hande staan. Nooit nie!! 
Wie as opregte bidder leef, kan weet dat hy of sy deur Christus offer vrede met God het. Dan kan jy bemoedig die nuwe dag ingaan. Die HERE is naamlik altyd dieselfde. Hy is uit genade altyd die troue God wat die Hoorder van die gebede is. Jou aan Hom toevertrou, beteken dat jy vol vertroue die nuwe dag kan begin. Dan mag jy weet: Die HERE is met my. As Hy met jou gaan, kan jou lewe nie stukkend gemaak word nie. Ek wens almal ‘n nuwe dag in vrede met die HERE wat altyd na Sy kinders luister! Met Sy hart.

 

LEVEN TOT EER VAN GOD

 
1 Samuël 1:28 Een nieuwe dag . Wat gaat deze dag ons brengen? We weten het niet. Het is niet in onze handen. Het is in de handen van de Schepper van alle dingen. Hij is de enige en goede God. Hoe gaan we elke nieuwe periode onder de regering van koning Christus in? Hanna laat in onze tekst zien wat de goede houding is. Zij maakt Eli duidelijk dat ze hier komt met de jongen die ze van de HERE gebeden heeft. De jongen die de naam draagt dat hij van God gebeden is. Bij dat gebed heeft Hanna beloofd dat zij dit kind levenslang aan de HERE zal wijden en dat hij als hij van de moedermelk af is in de tabernakel dienst zal doen. Hanna geeft aan de HERE terug wat ze van Hem gevraagd heeft. Dit was een heel bijzondere situatie. Toch zien we hier iets dat voor ons allemaal altijd van het grootste belang is. Om de dingen die we van de HERE gekregen hebben aan Hem te wijden. In dienst van Christus te gebruiken. Ons leven is niet van ons. We hebben het van de HERE gekregen om het in dienst van Hem te besteden. Tot Zijn eer. Dat is niet bedreigend. Dat is juist bevrijdend want dan wordt je pas echt gelukkig. Leven zoals we belijden in antwoord 6 van de Catechismus: “God heeft de mens goed en naar zijn beeld geschapen, dat wil zeggen: in ware gerechtigheid en heiligheid, opdat hij God, zijn Schepper, naar waarheid kennen, Hem van harte liefhebben en met Hem in de eeuwige heerlijkheid leven zou, om Hem te loven en te prijzen.”