Als Christus maar verkondigd wordt

15-04-2015 07:09

ALS CHRISTUS MAAR VERKONDIGD WORDT!

Enkele opmerkingen over Filippenzen 1:18

 

“Maar wat doet het er eigenlijk toe! Wat telt is dat Christus verkondigd wordt. Of het nu uit valse of oprechte motieven gebeurt – dát het gebeurt verheugt me.”

 

 

Aanleiding

 

De laatste weken is er weer een gesprek op gang gekomen over The Passion.  Je ziet daarin dat christenen dit fenomeen heel verschillend beoordelen. Ik ga dit keer niet over  The passion schrijven.  Wel wil ik iets zeggen over een argument waardoor het hele gesprek in een keer niet meer nodig zou zijn. Van meerdere kanten is de laatste weken gewezen op Filippenzen 1:18.  De Heilige Geest zou daar zeggen dat het echt niet uitmaakt wie en hoe het evangelie verteld wordt. Het zou niet uitmaken  of het nu ongelovigen zijn of gelovigen zijn, het zou niet uitmaken hoe iemand leeft als hij of zij het verhaal van Jezus maar vertelt dan is het goed.

Is dat nu wat de  Geest door Paulus zegt?  Kun je met deze tekst verder elk gesprek hierover stoppen? 

Er is een bepaalde gebeurtenis waarbij Paulus betrokken is die niet past bij het gebruik van Fil 1:18 op deze manier.  Dat is wat we in Handelingen  16 lezen .  Waar een jonge slavin met een waarzeggende geest  Paulus en zijn medewerkers aanbeveelt. De mensen moeten naar hen luisteren. De reden daarvoor laat deze slavin in de stad Filippi steeds horen: “Deze mensen zijn dienaren van de allerhoogste God en verkondigen u hoe u gered kunt worden!’” Hand 16:16      

Deze slavin spreekt ware woorden. Zij beveelt het evangelie aan. Toch is het P         aulus die deze slavin de mond snoert. Om er zo voor te zorgen dat mensen niet gaan denken dat het occulte leven met een echt christelijk leven te combineren is. Het is ook opvallend dat Paulus in  een brief aan de gemeente waar dit gebeurd is schrijft: “Maar wat doet het er eigenlijk toe! Wat telt is dat Christus verkondigd wordt.”

 

Over wie heeft Paulus het.

 

Als Paulus schrijft:  “Maar wat doet het er eigenlijk toe!”  waar heeft hij het dan eigenlijk over? Het is altijd belangrijk om zo’n vraag te stellen. Paulus schrijft het in een concrete situatie.

Wat die is lezen we in de verzen daarvoor.

Paulus zit in de gevangenis. (vs 12,13) Juist omdat hij onverkort het evangelie verkondigd heeft.  Hij zit in Caesarea gevangen en de mensen daar weten heel goed dat dit is om de boodschap die hij brengt. Toch is er ook kritiek op Paulus. Dat is geen kritiek van buiten de kerk. Nee, er zijn mensen in de kerk die vinden dat Paulus zijn gevangenschap voor een deel aan zichzelf te danken heeft.   Hij zou de Joden die niet in Christus geloven  verkeerd benaderd hebben en daardoor in de gevangenis zijn gekomen.  Er zijn kerkleden die vinden dat Paulus gevangenschap schadelijk voor de verkondiging van het evangelie is. Het zou het missionaire elan van de kerk tegenwerken.  Daartegenover maakt Paulus duidelijk dat dit niet zo is. Nu weten zelfs de mensen in het Romeinse hoofdkwartier wat het evangelie is omdat Paulus ook daar getuigt. Er zijn ook gelovigen die juist doordat ze zien dat de Here zelfs in de gevangenis aan Paulus geloofskracht geeft met nog meer moed voor het evangelie uitkomen.

Heel duidelijk is ook dat het hier steeds om mensen gaat die Paulus broeders noemt. Het gaat niet om mensen buiten de gemeente die een ongelovig leven leiden. Let erop dat Paulus daar spreekt over  “broeders en zusters”.

Het gaat om mensen met wie Paulus het geloof in Christus deelt waarvan het grootste deel naar aanleiding van zijn gevangenschap het evangelie nog openlijker durft te verkondigen. Er is een anders deel van zijn medegelovigen die het nu doet  “uit  afgunst en rivaliteit”.  Deze mensen doen het uit onzuivere motieven. Zij willen er Paulus gevangenschap alleen maar zwaarder door maken. Zij willen laten zien dat je het evangelie ook op zo’n manier kan verkondigen dat je niet in de gevangenis komt. Om zo Paulus nog meer te beschuldigen van het op een onverstandige manier verkondigen van het evangelie.

Hierover zou nog veel meer te zeggen zijn. Dat ga ik nu niet doen. Daarvoor verwijs ik graag naar:   L. Floor  Filippenzen  CNT(Reeks van prof van Bruggen)  p. 58-65

Een heel belangrijk citaat in het verband waarin ik nu schrijf wil ik hier nog weergeven: “In de verzen 15-18 bespreekt  Paulus een gevoelige zaak. In zijn directe omgeving wordt het ene evangelie van Jezus Christus wel onbevreesd uitdragen, maar de motieven daarbij verschillen, wanneer het aankomt op de relatie  tot Paulus zelf. Het gaat niet om de inhoud van de prediking. Daarop heeft de apostel geen kritiek. Wel moet hij constateren dat niet iedereen bij zijn werk in het evangelie dezelfde mentaliteit heeft tegenover hem en hemzelf als gevangene.’ P. 62

Paulus maakt duidelijk dat mensen in de kerk verschillend over hem denken en over zijn gevangenschap. Toch is hij blij als zij het evangelie verkondigen ook al is hun motief om zijn lijden nog zwaarder te maken.

Een ding is duidelijk dat Paulus hier niet zegt dat het er niet toe doet wie en hoe het evangelie verkondigd wordt. Een beroep op Fil 1:18 slaat o.a. een gesprek over de inhoud en de vorm van o.a. The Passion niet dood. Paulus woorden in Fil 1 komen ook niet in strijd met zijn optreden in Handelingen 16.

We zien hier weer hoe belangrijk het is om  een vers uit de Bijbel niet alleen op het eerste gehoor te gebruiken  maar het altijd te lezen in het verband waarin het geschreven is.