Preek Openbaring 11:4-6 De kerk van Christus kan getuigen met kracht

ORDE VAN DIENST

 

Votum

Vrede/Zegengroet

Gezang 26:2,3

Lezing van Gods Wet

Psalm 32:1,5 (Psalm van de week vs 5)

Gebed

Schriftlezing: Zacharia 4

Psalm 52 ( Boom vers 5 onberijmd vs 10 olijfboom)

Tekst: Openbaring 11:4-6

Verkondiging van het evangelie

Psalm  97:1,2,5

Dankgebed

Collecte

Gezang 32:1,2

Zegen

 

Geliefde gemeente van onze Here Jezus Christus, broeders en zusters, jongens en meisjes

 

Het getuigenis van wat de HERE zegt roept in de wereld weerstand op. De trouwe kerk krijgt daarmee te maken. In de gemeente zelf en vooral ook in de wereld om ons heen. Je merkt die tegenstand ook in onze samenleving. Soms komt dat heel opvallend naar voren. Een tijdje geleden werden er op de radio spotjes uitgezonden in verband met de Week voor het leven. in die reclameblokjes was o.a. dit te horen:

‘Als je weet dat een babyhartje al na drie weken klopt, besef je dat abortus een hartje stopt’

‘Als je weet dat een babyhartje al na drie weken klopt, besef je dat óók de allerkleinsten bescherming verdienen’

Tegen deze spotjes werd er protest aangetekend bij de Reclame Code Commissie. In de eerste plaats zie je hoe de boodschap dat het door de HERE gegeven leven vanaf het eerste begin bescherming verdiend weerstand oproept. In onze samenleving mag je niet komen aan het zelfbeschikkingsrecht van de mens. Als het je niet uitkomt moet je tot 24 weken een kind kunnen weghalen en dood laten maken.  Om dat het kindje zwak en weerloos is, wordt het niet als een mens gezien dat ook recht op leven heeft. Het belang van de sterkere geeft in dit geval de doodslag. Hoe anders, hoe meer genadig is de HERE. Een echte discussie wordt niet aangegaan. Er wordt gezegd dat er een net iets andere telling voor drie weken is als wat hier gedaan wordt. Er komt ergernis in de samenleving als je laat zien of horen dat het in de buik van de moeder om een echt kind gaat, een echt mens waarvan het hart klopt. Dat je dus bij abortus een mens doodmaakt. Toch is dat de boodschap die HERE laat uitgaan. De boodschap waarbij Zijn goede gebod geldt dat we een ander niet mogen doodslaan. Het zesde gebod. Ook dat gebod is evangelie, goede boodschap. Het laat zien hoe de HERE bescherming vraagt ook voor de meest zwakke en kwetsbare in de samenleving. Hoe het recht van de sterkste en de slimste strijd met Gods Woord. Ook de zwaksten hebben in Gods ogen echt waarde!   

Kun je deze boodschap nog wel uitdragen in onze samenleving? Roep je dan niet teveel weerstand op? Moet je het niet laten bij enkele heel voorzichtige vragen? Waarbij je hoopt dat mensen er dan toch nog eens over gaan nadenken? Moet je ook als kerk je toch niet wat meer aan de wereld en hoe de samenleving voelt aanpassen? Het zijn vragen die op ons afkomen. Het is in zo’n samenleving goed en nodig om te luisteren naar wat de HERE ons in de tekst voor de preek vertelt.

Ik verkondig jullie het Woord van de HERE onder het volgende thema:

 

 

 

 

 DE KERK VAN CHRISTUS KAN GETUIGEN MET KRACHT

 

1. Door de Geest

2. Met gezag

 

 

1. Door de Geest

 

 In de vorige preek hebben we gezien dat we door God geroepen worden als kerk om IN de wereld tot aan de wederkomst van de Here Jezus te getuigen. Die roeping ligt er. We kunnen niet zeggen dat wij een trouwe gemeente van de Here Jezus zijn en dan alleen achter de kerkdeuren en achter de deuren van onze huizen over de HERE en het leven met hem spreken. Dan kunnen we onszelf trouwe kerk van Christus NOEMEN maar dan zijn we het in werkelijkheid niet. Toch komt er steeds weer de vraag op hoe we dat nu kunnen in de wereld, in het Nederland van vandaag. Maak je jezelf niet vaak in de ogen van de omgeving belachelijk en gehaat? Staan de mensen met hun levensgevoel niet veel te ver van ons af? Heeft het in zo’n wereld nog wel zin om het evangelie toegepast op de situatie naar voren te brengen?

Eerst even een soort opmerking vooraf.  Laten we nooit zeggen dat mensen te ver zijn afgedwaald of eigenlijk te slecht zijn om HEN HET evangelie te brengen. Jij en ik zijn echt van onszelf net zo slecht en afvallig. Wij zijn geen haar beter en het is Gods werk van genade dat wij komen luisteren en dat jij voor de HERE wilt leven. Het is echt genade alleen als jij en ik met ons hart geloven en de HERE liefhebben. Als ik kan geloven door Gods werk dan kan ook ieder ander mens dat! Soms lijken we toch wel wat op farizeeërs als we ons eigenlijk toch beter voelen dan anderen.

Hoe kunnen we nu echt als een van Christus getuigende gemeente in de wereld staan? Bij die vraag is het goed om te letten op vers 4 te letten: “Dit zijn de twee olijfbomen en de twee kandelaren, die voor het aangezicht van de Here der aarde staan.”

Die twee getuigen worden hier 2 olijfbomen en 2 kandelaren genoemd. We zagen vorige keer al dat het aantal 2 er op wijst dat op getuigenis van 2 een zaak vast staat. Een echt eenstemmig getuigenis dat op de feiten gebouwd is. De twee getuigen zijn de gemeenten van Christus. Ze worden hier daarom ook de 2 kandelaren genoemd. Denk er aan dat Christus de gemeenten aan wie het boek openbaring als eerste gestuurd moest worden ook de 7 kandelaren genoemd worden. De gemeenten van Christus, dus ook wij als gemeenten hebben een kandelaar te zijn. Het hoort bij ons dat we het licht van Gods Woord echt in deze wereld laten stralen. Dan denk ik ook aan deze woorden van de Here Jezus: “U bent het licht van de wereld. Een stad die boven op een berg ligt, kan niet verborgen zijn. En ook steekt men geen ​lamp​ aan en zet die onder de korenmaat, maar op de standaard, en hij schijnt voor allen die in het huis zijn. Laat uw licht zo schijnen voor de mensen, dat zij uw goede werken zien en uw Vader, Die in de hemelen is, verheerlijken.” Matt 5:14-16

De symboliek van 2 kandelaren doet ook denken aan de twee kandelaren die in die tijd in elke synagoge stonden om de boekrollen die daar hingen te verlichten. Het gaat erom dat we in de wereld het getuigenis van God en Zijn Woord laten horen. Daarvoor is nodig dat er olie in ons leven als gelovigen en als gemeente steeds weer binnenkomt. De twee getuigen worden ook olijfbomen genoemd. Dat laat onze gedachten teruggaan naar het Oude Testament. Naar Zacharia 4 dat we ook in deze dienst gelezen hebben.  Het volk is teruggekeerd uit de ballingschap. Zerubbabel en de hogepriesters Jozua zijn de leiders van het deel van het volk dat terug is. Bij het leven in het belofde land tussen mensen van andere volken is het heel zwaar om als volk van God te leven en echt de tempel te herbouwen. De tegenstand is groot. Je zou zeggen dat het bijna niet kan. Dat dit alleen kan als ze goed bewapend zijn, als ze grote militaire hulp krijgen. Naar vandaag toe zou je zeggen; we kunnen alleen getuigende kerk van Christus zijn als de meerderheid met ons meegaat of als we onder bescherming van de overheid staan. Zo was het niet in de tijd van Zacharia, zo was het niet in de tijd dat Christus Johannes de Openbaring liet zien en horen.  Zo is het ook vandaag niet. Wat zegt de HERE dan door Zacharia voor het volk en de leiders van het volk in Israël? Dit: “Niet door kracht noch door geweld, maar door Mijn Geest!” Zach 4:6

Wij moeten als gemeente van Christus olijfbomen willen zijn. Olijfbomen die vol met olie zitten!  Het niet van ons eigen geloof en onze eigen overtuiging of omstandigheden verwachten. We hebben om echt gelovige, om echt gemeente van Christus te zijn en te blijven en zo licht in de wereld te verspreiden de Heilige Geest nodig. De Geest die ons de moed van het geloof geeft. De Geest die ons de liefde geeft waardoor we niet de meerderheid en de geest van de tijd willen volgen maar Christus. Dat vraagt van ons dus niet het bouwen op onszelf maar het tere gebed waarbij we belijden dat we het zelf niet kunnen maar de hulp en leiding van de Heilige Geest vragen. Daarbij doen we in eigen zwakheid dan een beroep op de belofte van Christus zoals we die lezen in Matt 10: “U zult ook geleid worden voor stadhouders en koningen om Mijnentwil, tot een getuigenis voor hen en voor de volken. Wanneer zij u overleveren, maakt u dan niet bezorgd, hoe of wat u spreken zult; want het zal u in die ure gegeven worden wat u spreken moet;  want u bent het niet, die spreekt, doch het is de Geest van uw Vaders, die in u spreekt.” Vs 18-20

Het is de Geest die ons zelfs in de moeilijkste omstandigheden bereid en kracht wil geven om in dienst van de Here te staan. Christus gemeente staat voor Hem om juist Zijn stem op aarde te laten horen. Om onszelf en de wereld met bewogenheid tot bekering op te roepen. Tot geloof. Tot het getuigen van Christus zodat Hij de eer krijgt.  Is dat getuigenis van de trouwe kerk alleen maar een getuigenis van woorden die weer in de lucht verdwijnen? Heeft het echt zin en kracht om in deze wereld het Woord van God klaar en duidelijk te laten horen? We zien dat in het tweede punt.

 

2. Met gezag   

 

De Here jezus maakt aan Johannes en ons duidelijk dat trouw getuigen van Christus in de wereld niet betekent dat je altijd vrienden maakt. In onze tijd hoor je vaak dat je als kerk zo moet spreken dat de mensen dat altijd nog mooi vinden. Je moet de Here Jezus niet verkondigen als de enige Verlosser, je moet met de mensen er niet over praten dat ze zelf schuldig staan tegenover God en dat ze van zichzelf slecht zijn. Je moet vertellen dat Jezus als een vriend en God als een begrijpend vader er altijd voor ze wil zijn. Dan trek je mensen, dan hou je ze te vriend. Als je dat andere zegt en ook nog vertelt dat veel wat ze denken en doen verkeerd is, stoot je alleen maar af. Het gevoel van de wereld, van de tijdgeest, van de cultuur wordt beslissend en verandert het evangelie. Dat is het wat er dan gebeurt. We zien het om ons heen bij mensen en kerken gebeuren. Terwijl Christus zelf al duidelijk maakt dat het evangelie niet verandert. Dat we geroepen zijn om de onveranderlijke boodschap van God in de wereld te brengen ook als het tegenstand en verachting oproept.

Het gaat gebeuren dat de wereld de kerk, de gelovigen die trouw het Woord brengen schade wil toebrengen. We zullen in de volgende preek daar nog veel sterker bij bepaald worden. Heeft de kerk, heb je als gelovige dan wel echt iets om daar tegenin te gaan en stand te houden? Het is dan zo belangrijk om te zien wat Christus ons in vers 5,6 laat zien.

Hij roept daarbij heel duidelijk in herinnering wat de HERE door Mozes en Elia in het Oude testament gedaan heeft. Mozes en Elia waren 2 profeten in dienst van de HERE. Zij waren 2 getuigen van de HERE en Zijn werk. Zij kwamen steeds weer met het Woord van God zelf naar de wereld en naar het afvallige volk van God. Het is ook opvallend dat we juist Mozes en Elia ook wanneer de Here Jezus op aarde is, vinden op de berg waar de Vader heel duidelijk in het bijzijn van een aantal apostelen laat zien en horen dat de Here Jezus de Zoon van God is naar wie je moet luisteren. Zie Matt 17:1-13

Als er hier gesproken wordt van vuur uit hun mond, kun je terugdenken aan Elis in 2 Koningen 1. Koning Ahazia stuurt soldaten om Elia gevangen te nemen. Als die 50 soldaten bij Elia komen om hem gevangen te nemen lezen we: “Toen antwoordde ​Elia​ en sprak tot de overste over vijftig: Indien ik dan een man Gods ben, laat er dan vuur van de hemel afdalen en u en uw vijftigtal verteren. Toen daalde vuur van de hemel en verteerde hem en zijn vijftigtal.” 2 Kon 1:10 Het verzet en de aanval op de brenger van het echte evangelie leidt uiteindelijk tot de dood.  Dat is de kracht van het Woord. Dat is de kracht van de God van het Woord.

Dan zie je in vers 6 nog iets dat ons aan de profeet Elia doet denken. We lezen daar: “Dezen hebben de macht de hemel te sluiten, zodat er geen regen valt gedurende de dagen van hun profeteren”. Het was de profeet elia die tegenover de goddeloze koning Achab stond. We lezen daarover in 1 Kon 17:1: “Toen zeide de Tisbiet ​Elia, uit Tisbe in ​Gilead, tot ​Achab: Zo waar de Here, de God van Israël, leeft, in wiens dienst ik sta, er zal deze jaren geen dauw of regen zijn, tenzij dan op mijn woord.” Drie en half jaar blijft het droog! Op het woord dat Elia als profeet van de HERE gesproken heeft. Gods tegenstanders kunnen niet voor regen en voedsel zorgen. De ongehoorzaamheid aan de HERE leidt tot hongersnood en de dood.   

Dan nog het laatste dat we in vers 6 lezen: “en zij hebben macht over de wateren, om die in bloed te veranderen en om de aarde te slaan met allerlei plagen, zo dikwijls zij willen.” Dat laat onze gedachten gaan naar Mozes die samen met Aaron  tegenover de Farao stond. Toen kwam in Gods naam de eerste plaag waarbij het water van de Nijl in bloed veranderde. Omdat de farao Gods volk op Gods stem niet wilde laten gaan. Uiteindelijk leidt dit verzet van de farao tot zijn dood in de Schelfzee.

Wat is nu het bijzondere in onze tekst? Dat de kerk van Christus die in echte liefde Gods stem laat horen dit met gezag  doet. Hoe weinig we in de ogen van de samenleving ook voorstellen. Dat wil niet zeggen dat als wij nu met tegenstand en vervolging te maken krijgen we maar hoeven te bidden en er komt vuur van de hemel om de tegenstanders te doden. Het is niet voor niets dat de Here Jezus ons leert om niet het zwaard te pakken. Het is niet voor niets dat we in Lukas 9 lezen als Samaritanen de Here Jezus niet aannemen en niet willen ontvangen:  “Toen de discipelen ​Jakobus​ en ​Johannes​ dit bemerkten, zeiden zij: Here, wilt Gij, dat wij zeggen, dat vuur van de hemel zal nederdalen om hen te verteren? Doch Hij keerde Zich om en bestrafte hen. En zij gingen naar een ander dorp.”vs 54-55. Zelfs de Here Jezus zelf laat heel bewust het vuur niet van de hemel komen als Hij gevangen genomen wordt. Wij staan als kerk en gelovigen niet boven onze Meester. Ook ons zal verachting en vervolging en spot treffen juist als we het woord van Christus blijven verkondigen. Dan staan we in de wereld met alleen het zwaard van het Woord! Dat lijkt zo weinig. Het is zo veel! Voordat ik daar nu verder op inga nog even iets anders. Wil dit nu zeggen dat de HERE op het gebed Zijn kerk en verkondigers van het evangelie niet op een bijzondere manier beschermt? Dat doet Hij zeker en daar is de kerkgeschiedenis ook vol van. Ik denk nu aan een zendeling die het huidige Indonesië het evangelie gaat verkondigen. De vijandschap wordt groot. Op een avond besluiten de mensen in de omgeving om de zendeling en zijn gezin dood te maken.  Het is avond en de zendeling en zijn gezin horen de mannen met oorlogskreten aankomen. Ze kunnen geen kant op want het is duidelijk dat de mannen van alle kanten komen. Ze zijn omsingeld. De zendeling en zijn gezin buigen hun knieën en zoeken hun hulp bij de HERE. Dan ineens komt het dreigende geluid niet dichterbij. Tot als het licht wordt het geluid van al die mannen verdwijnt. Wat is er gebeurd? De zendeling hoort het later van iemand die meedeed met het doel om deze getuige van Christus dood te maken. Ze kwamen op het huis af en ineens was er rond het huis een vuur waar ze niet daarheen konden. Een vuur dat de zendeling die nacht niet gezien had maar wat er wel was in de ogen van de Soembanezen. De HERE beschermde op Zijn Goddelijke manier de brenger van het evangelie omdat er ook daar mensen waren die tot geloof moesten komen.

Maar wat nu als de vervolging, de tegenstand, de minachting er gewoon blijft? Brengen we onszelf dan alleen maar in problemen als we Gods Woord vrijuit in de wereld spreken en uitleven? Nee! Want dan komt het Woord met kracht en gezag uit onze mond. Het Woord dat in trouw aan de HERE gesproken wordt in deze wereld heeft kracht.   Wanneer we in trouw aan Christus het Woord spreken dat onszelf en de wereld laat zien dat leven met Christus en volgens Zijn goede geboden alleen leven is dan komt er vuur van de hemel. Dan betekenen onze gebeden om de komst van Christus en daarom om de eer van God ook dat er rampen en oordelen van God over de wereld komen. Dat hebben we in Openbaring 8 gelezen. Toch wil ik nu op nog iets anders wijzen. Dat is als we het evangelie toegepast op de situatie in de wereld verkondigen. Als we in gesprekken met anderen op een leven met Christus als de enige weg van redding wijzen, komt er echt vuur van de hemel.  Dan komen de woorden die vol kracht zijn door wie in verbondenheid met de HERE spreekt de wereld in.   Het zijn woorden die voor mensen die ze aannemen en hun leven veranderen en met Christus als hun Verlosser, God en Heer gaan leven de verandering van dood naar leven betekenen. Gods Woorden die wij mogen en moeten verkondigen zijn woorden die uit de dood leven kunnen wekken. Het zijn ook woorden die ons leven in het licht van God zetten. Woorden die ons hart helemaal in het licht zetten en helemaal openleggen. We lezen dat o.a. in Hebr 4:12: “ Want het woord Gods is levend en krachtig en scherper dan enig tweesnijdend ​zwaard​ en het dringt door, zó diep, dat het vaneenscheidt ziel en geest, gewrichten en merg, en het schift overleggingen en gedachten des ​harten; en geen schepsel is voor Hem verborgen, want alle dingen liggen open en ontbloot voor de ogen van Hem, voor wie wij rekenschap hebben af te leggen.”

Wie op het Woord van God door Gods trouwe kerk gebracht afwijzend, vijandig, minachtend en vervolgend reageert en daarbij blijft, wordt door vuur van Gods oordeel getroffen. Wie het evangelie in en buiten de kerk veroordeelt terwijl je dat Woord hoort moet weten dat je eens in de eeuwige dood en de eeuwige honger terecht zult komen. Dan kan de samenleving jou en ons nu aan de kant zetten. Dan kun je in de ogen van de wereld achterlijk en verachtelijk zijn omdat je aan zulke oude standpunten vasthoudt en zo leeft. Weet dan dat het Woord dat Gods trouwe kerk brengt het Woord van het leven is. Dan verkondig je Christus die het levende Woord en het levende brood is. Als we dat Woord niet meer willen uitdragen treft ook ons de dood en het eeuwig oordeel. Als we uit Gods Woord leven al biddend om de Geest en zo leven en spreken mogen we weten dat niets en niemand ons dood kan krijgen. Dat we dan mogen juichen met Paulus in Romeinen 8 zelfs als we om het getuigenis dat we brengen doodgemaakt worden door de wereld. Over dat laatste volgende keer. Maar nu die geweldige woorden die vast en zeker zijn uit Romeinen 8: “Wie zal ons scheiden van de ​liefde​ van ​Christus? Verdrukking of benauwdheid, of vervolging of honger, of naaktheid, of gevaar, of het ​zwaard? Gelijk geschreven staat:

Om Uwentwil worden wij de ganse dag gedood,

wij zijn gerekend als slachtschapen.

Maar in dit alles zijn wij meer dan overwinnaars door Hem, die ons heeft liefgehad. Want ik ben verzekerd, dat noch dood noch leven, noch ​engelen​ noch machten, noch heden noch toekomst, noch krachten, noch hoogte noch diepte, noch enig ander schepsel ons zal kunnen scheiden van de ​liefde​ Gods, welke is in ​Christus​ ​Jezus, onze Here.” vs 35-39

 

AMEN