Preek Genesis 25:29-34 Op weg naar de Eerstgeborene van de schepping veracht Ezau het eerstgeboorterecht

ORDE VAN DIENST

 

 

Votum

Vrede-Zegengroet

Psalm 132:6,7,10

Lezing van Gods wet

Samenvatting Mattheus 22

Gezang 13:1,2,4

Gebed

Schriftlezing:  Kolossenzen 1: 15-23; Hebreeën 12:12-29

Psalm 3 (vers 3 Psalm van de week)

Tekst: Genesis 25:29-34

Verkondiging van het evangelie

Psalm 95:1,3

Dankgebed

Collecte

Psalm 51: 6,7

Zegen

 

 

Geliefde gemeente van onze Here Jezus Christus, broeders en zusters, jongens en meisjes

 

Waar ben jij met je hart? Waar klopt je hart het meeste voor? Waar voel je je het meeste thuis? Hoe ben je op dit moment bij de kerkdienst betrokken? Met tegenzin misschien? Is naar de kerk toegaan voor jouw gevoel maar een saaie bezigheid? Het kan heel goed zo zijn dat je het zo voelt. Als je ouder bent en je eigen ding kunt doen dan ben je niet van plan om meer naar de kerk te gaan. Of in ieder geval niet elke week en zeker geen twee keer per zondag. Als je dan komt moet het ook veel leuker zijn. Het moet veel meer over jouw gaan en jij moet daarin kunnen opvallen met de dingen die jij goed kunt.

In de kerkdiensten hoor je ook steeds weer over de Here Jezus. Over Christus die voor ons aan het kruis moest hangen. Dat weet je toch al lang. Dat hoeft toch niet elke keer weer verteld te worden. Als je later naar de kerk gaat moet het ergens zijn waar je steeds weer nieuwe dingen hoort. Het moet spannend zijn. Even een opmerking tussen door. Er was in de geschiedenis iemand die echt nooit iets nieuws in de kerkdiensten hoorde. Omdat Hij zelf God was. Toch ging Hij elke rustdag trouw naar de kerk om te luisteren naar de stem van Zijn Vader, om samen met de anderen Vader in de hemel te eren. Dat was de Here Jezus zelf die ons elke week weer op de rust dag het goede voorbeeld heeft gegeven.

Ik vraag weer waar ben je met je hart? Niet alleen in deze kerkdienst maar ook de andere dagen van de week. Waar leef je voor? Of nog anders voor wie leef je, voor wie ga je met je hart in dit leven. Dat is een heel belangrijke en beslissende vraag voor ons allemaal. Niet alleen voor de jongelui. Ook voor de ouders en de ouderen onder ons. Ook voor de twintigers, dertigers en veertigers. Hierbij denk ik ook aan de volgende woorden van de Here Jezus: “Want, waar uw schat is, daar zal ook uw ​hart​ zijn.” Matt 6:21

Wat is de schat van je leven? Die vraag speelt een beslissende rol in onze tekst. Zeker als we op Ezau letten. Zo horen we ook het evangelie van Jezus Christus dat ik jullie onder het volgende thema verkondig:

 

OP WEG NAAR DE EERSTGEBOORNE VAN DE SCHEPPING VERACHT EZAU HET EERSTGEBOORTERECHT

 

1.  De aanleiding tot die verachting

2. De verachting en het gevolg daarvan

 

1.  De aanleiding tot die verachting

 

De vorige keer hebben we gezien dat Ezau en Jakob opgroeien. De een zwerft veel in het veld. De ander is te zien rond de tenten van Izak en Jakob. De een leeft vooral voor zichzelf.  Dat is Ezau. Hij neemt geen verantwoordelijkheid, hij is niet dienstbaar. Hij leeft voor zijn eigen vrijheid en plezier. Terwijl hij de eerstgeborene is. Hij is het die de verantwoordelijkheid op zich moet nemen en zich moet voorbereiden op zijn taak om de zaken van de familie en van het bedrijf goed te regelen. Jakob is een oprecht man met al zijn zwakheden. We hebben de vorige keer gezien dat de vertaling ‘huiselijk’ man niet de meest gelukkig is. Jakob is oprecht in de zin dat hij de HERE volgens Zijn belofte wil volgen. De HERE is voor hem echt zijn God aan wie hij zich echt wil toevertrouwen hoe klein zijn geloof ook nog is.

In de tijd dat Ezau er op uit trekt in het veld en Jakob bij de tenten is gebeurt het dat Ezau van een van zijn tochten door het veld terugkomt. Jakob is bezig om een in het Midden-Oosten bekend gerecht klaar te maken. Een soort linzensoep die er rood van kleur uitziet.  Wij zouden het vandaag een soort maaltijdsoep noemen.  Ezau komt doodmoe weer thuis. De tocht is hem zwaar gevallen. Hij heeft ook een heel erge honger. Hij komt duidelijk verzwakt thuis. Hij heeft echt eten nodig. Ezau komt bij Jakob die bij de pot met rode linzensoep is. Hij heeft zo’n honger dat hij laten horen hoe hij er naar verlangt om hiervan te kunnen eten. Het is ook duidelijk dat deze gebeurtenis veel indruk op Ezau en zijn omgeving gemaakt heeft. Het is iets wat in het collectieve geheugen wordt geprent doordat deze gebeurtenis er voor heeft gezorgd dat Ezau van die tijd af ook Edom werd genoemd. Dat  betekende dat hij de bijnaam de rode kreeg. Het volk dat uit Ezau voortkomt krijgt later ook de naam Edom.

Je zou zeggen dat Jakob zonder verder moeilijk te doen aan zijn broer van deze maaltijdsoep zou geven. Hij wil het wel geven maar er komt een heel bijzondere voorwaarde. Jakob wil die doodmoede en heel hongerige Ezau wel te eten geven maar dan moet hij daarmee zijn eerstgeboorterecht aan hem verkopen. Jakob wil zelfs dat Ezau de HERE erbij roept als getuige. Hij vraagt van hem om te zweren dat hij hiermee zijn eerstgeboorterecht opgeeft. Dat is toch wel heel bijzonder. Waarom doet Jakob dit?  Wat moeten we hier van denken? In het tweede punt gaan we letten op de houding van Ezau.

Jakob wil de belofte die de HERE gedaan heeft aan Rebekka veilig stellen. Het is de HERE die aan Rebekka duidelijk gemaakt heeft dat de oudste aan de jongste dienstbaar zal zijn. Dat betekent dat de lijn naar de Christus niet door Ezau zal gaan maar via Jakob. Dat betekent dat niet Ezau na izak’s sterven de leider van de familie zal zijn maar Jakob. Dat is Gods belofte! Dat is iets wat we hier heel duidelijk zien en moeten blijven zien.

Als je naar de feiten kijkt, lijkt het er niet op dat deze belofte van God werkelijkheid zal worden. Ezau is de oudste. Daarbij komt dat Ezau de duidelijke lieveling van vader Izak is. Menselijk gesproken komt het er niet van dat Jakob het eerstgeboorterecht krijgt. Dat recht hield in die tijd o.a. in dat twee-derde van het bezit aan de erfgenaam die het eerstgeboorterecht had gegeven werd bij het sterven van Izak. Daarbij kwam ook nog dan de eerstgeborene het hoofd van de familie en daarmee in dit geval het hoofd van de kerk zou worden. De belangrijkste ambtsdrager op dat moment. Het is nog steeds niet geregeld dat Jakob dit eerstgeboorterecht zal krijgen. Als dat nu niet geregeld wordt, zal het dan wel goed komen?  Is Gods belofte op weg naar Christus niet in gevaar?

De slimme Jakob tussen aanhalingstekens ziet zijn kans schoon om Gods belofte werkelijkheid voor hem te laten worden. Hij heeft nu de kans om het eerstgeboorterecht en daarmee God belofte te kopen. Zelfs met de HERE als getuige.

Hier zien we de zwakheid, de boezemzonde in het leven van Jakob. Jakob wil veel dingen zelf doen en regelen zonder daarbij op de HERE te wachten. Hij grijpt op Gods belofte vooruit en moet daardoor zondige middelen gebruiken. Gods belofte is niet te koop. Niet voor linzensoep, niet voor geld en niet door goede werken. Het is verschrikkelijk als jij denkt dat je beter dan anderen in de kerk of in je omgeving bent en dat jij daardoor Gods genade toch wel een beetje verdiend hebt of zeker toch een beetje meer dan die ander die nog allerlei dingen volgens jou doet die niet zijn zoals ze horen.

Dingen die niet in onze macht liggen, mogen wij niet op een zondige manier naar ons toehalen. Ook niet als de HERE ze ons beloofd heeft. Dan geeft Hij het op Zijn tijd en Zijn manier. Dat vraagt om gebed maar niet om onze zondige actie. We zien ook in  het vervolg van de geschiedenis duidelijke voorbeelden. Denk maar eens aan Mozes.  De HERE had beloofd dat Hij het volk uit Egypte zou verlossen. Mozes was een machtig man geworden. Hij denkt zelf te besluiten wanneer hij als bevrijder moet optreden. Hij slaat een Egyptenaar dood. Hij wordt een moordenaar. De HERE laat hem heel duidelijk voelen dat het nog niet de tijd is. Mozes moet vluchten. 40 jaar later als Mozes het nooit meer verwacht heeft en hij eigenlijk een rustig leven heeft gevonden roept de HERE hem. We moeten altijd op de HERE wachten als we het van Hem verwachten.  

Een ander voorbeeld waarbij we zien hoe iemand echt op de tijd wacht dat Gods bijzondere belofte in zijn leven vervuld wordt is David. Ook David was een zondig mens maar wanneer de HERE hem belooft dat hij de opvolger van Saul zal zijn en dat via Hem de lijn naar de grote Verlosser zal lopen, blijft hij wachten op de tijd dat de HERE Saul van zijn taak als koning ontheft en hij koning kan worden. Op een heel indrukwekkende manier lezen we dit als David en zijn mannen een slapende Saul zo kunnen doden in een spelonk. Davids mannen dringen er op aan dat David of zij in zijn opdracht er voor zullen zorgen dat David nu koning zal worden. Dan is het antwoord van David: “Toen zeiden de mannen van ​David​ tegen hem: Zie, de dag waarvan de HEERE u gezegd heeft: Zie, Ik geef uw vijand in uw hand, en u kunt met hem doen zoals het goed is in uw ogen! Toen stond ​David​ op en sneed stilletjes een punt van ​Sauls​ ​mantel​ af. En het gebeurde daarna dat het ​hart​ van ​David​ in hem bonsde, omdat hij die punt van de mantel van ​Saul​ afgesneden had. En hij zei tegen zijn mannen: Moge de HEERE er geen sprake van laten zijn dat ik ooit zoiets zou doen bij mijn heer, bij de ​gezalfde​ van de HEERE, dat ik mijn hand tegen hem uit zou steken, want hij is de ​gezalfde​ van de HEERE. En ​David​ weerhield zijn mannen met deze woorden, en hij liet hun niet toe tegen ​Saul​ op te staan. En ​Saul​ stond op en ging de grot uit, naar de weg.” 1 Sam 24:5-8

Laten we dan eens gaan naar die grote Verlosser die uit Jakob en David is voortgekomen. Ondanks al de zonden van Zijn voorvaderen is Hij toch gekomen. Wat is Gods liefde voor zondaren ongelooflijk groot!  Wat doet de Here Jezus? Hij komt als de Verlosser die tot het laaste toe alles wil doen wat nodig is om voor jou en mij vergeving en een geweldige eeuwige toekomst te verdienen die we niet verdiend hebben. Hij grijpt niet vooruit. We lezen in Johannes 13:1: “En vóór het feest van het Pascha, toen ​Jezus​ wist dat Zijn uur gekomen was dat Hij uit deze wereld zou overgaan naar de Vader, heeft Hij de Zijnen, die in de wereld waren en die Hij liefgehad had, liefgehad tot het einde.”

Wanneer Hij helemaal onterecht aan het kruis hangt en daar onder Gods toorn lijdt roepen de omstanders dat als Hij Gods Zoon is dat nu moet laten zien door van het kruis af te komen. Als Hij dat zou doen zouden de Joden Hem juichend hebben ontvangen en Hem hun grote koning hebben gemaakt. Het is een intense verleiding van de duivel om de Here Jezus ertoe te verleiden om vooruit te grijpen op Gods belofte. Om koning te worden voordat Hij het offer helemaal gebracht heeft voor zondaren. De Here Jezus wacht, blijft hangen, ondergaat Gods toorn tot in de hel. Tot dat Hij het met alle recht kan uitroepen: het is volbracht! Wie in geloof leeft en aan Christus verbonden is, leert elke keer weer op de HERE te wachten. Om in verwachting op Hem te leven en geen zondige dingen te gebruiken om jouw doelen te bereiken. Al lijken die doelen nog zo goed en vroom, nog zo goed voor Christus’ kerk. Dat is niet Gods weg. Dat zou een zondige weg zijn waarover Gods toorn juist komt. Jakob moet leren wachten. Ezau gaat op de weg van de verachting van het eerstgeboorterecht en daarmee op de weg van de verachting van Gods belofte. We zien dat in de tweede plaats.

 

2.  De verachting en het gevolg daarvan     

 

Ezau wil van die rode linzensoep eten. Alles in zijn lichaam roept om eten. Dan is het Jakob die zegt dat is goed maar dan moet je wel zweren dat je het eerstgeboorterecht aan mij geeft. Dan heb je de Here God als getuige aangeroepen en staat het voor altijd vast. Ezau maakt dat allemaal niets uit. Wat heb je aan dat eerstgeboorterecht? Dat zorgt nu niet voor eten. Dus zweert Ezau en op deze manier verkoopt hij het eerstgeboorterecht aan Jakob. Was deze verkoop van het eerstgeboorterecht nu een soort opwelling van Ezau? Kwam het alleen door de omstandigheden op dat moment? Was het niet meer dan een domme zet die alleen door zijn honger op dat moment kwam? Nee. Dat wordt duidelijk uit de laatste zin van onze tekst en wat we verder in de Bijbel van Ezau weten. Die laatste zin van onze tekst is: “Zo verachtte Ezau het eerstgeboorterecht.”

Ezau is tot het moment van onze geschiedenis de man die het eerstgeboorterecht heeft. Hij is de man die Izak als de leider van de familie moet opvolgen. Hij is de man die als ambtsdrager de kerk van dat moment zou moeten gaan leiden.

De verkoop van het eerstgeboorterecht voor de soep is een deal die de levenshouding van Ezau weergeeft. Als deze man met deze levenshouding die er bij hem levenslang blijft, de kerk zou moeten leiden zou het helemaal verkeerd gaan. Dan zou een onverschillig mens, vooral onverschillig tegenover de HERE de kerk leiden.  Dat kan en dat mag niet. De kerk moet op weg naar de Christus, met verwachting dat Hij komt uit het geslacht van Jakob. De houding van Ezau heeft ons ook veel te zeggen nu Christus als de grote Zoon van Jakob gekomen is. Nu we als het goed is vol verwachting uitkijken naar Zijn terugkomst op de wolken.

Waarin zie je nu die onverschilligheid van Ezau en wat leert de Geest ons daarin voor vandaag en morgen? Let er eerst eens op dat Ezau zegt: “waartoe dient mij dan het eerstgeboorterecht? ` Als hij gegeten heeft lezen we: “hij at en dronk, stond open ging heen.” Het eerstgeboorterecht interesseert hem niets. Hij heeft gegeten en gaat weer over tot de orde van de dag. Dat eerstgeboorterecht geeft alleen maar verantwoordelijkheden. Dat wil hij niet. Hij wil zich niet door verantwoordelijkheden laten binden. Ten diepste wil hij zijn eigen vrijheid, leven voor zichzelf en daarbij moet de Here God hem niet in de weg zitten. In feite veracht Ezau de Christus, de Verlosser die als God en heer zal komen. Het leven betekent voor hem geen heer en geen meester. Eigen vrijheid en je eigen ding doen.

Zo´n houding lijkt voor ons als zondige mensen heel aantrekkelijk. Je zoekt wat jij leuk vindt in de deze wereld op. Je zoekt op waarvan jij geniet op en waar jij je goed bij voelt. Het gaat er toch om hoe ik me vandaag voel, het gaat toch om mijn leven nu en hier want de rest kan ik niet overzien. Al dat gepraat over een leven later, al dat gepraat over God en Christus. Dat is iets voor oude mensen. Daar kan ik later altijd nog wel eens over nadenken.

Laten we eerlijk zijn dat bij ons als zondige mensen zo´n levenshouding veel meer past dan een leven in dienst van Christus. In dienst van Hem die de Eerstgeborene van de schepping is. Zie Kol 1:15; Hebr 1:6 Hij die als Eerstgeborene van Vader naar de wereld kwam om Zijn leven te geven in dienst van Zijn Vader en van zondaren die tot hem vluchten. Hij gaf als Eerstgeborene zijn hele leven! Om er zo voor te zorgen dat wie zijn of haar leven aan Hem wijdt, bij Hem met berouw vergeving zoekt tot eerstgeborene te maken. Tot mensen voor wie als eerstgeborenen die geweldige niet verdiende erfenis klaarligt om te leven eeuwig bij de HERE. Dat is pas leven. We lezen over de vergadering van de eerstgeborene in Hebr 12 dit: “Maar u bent genaderd tot de berg Sion en tot de stad van de levende God, tot het hemelse Jeruzalem en tot tienduizendtallen van ​engelen, tot een feestelijke vergadering en de ​gemeente​ van de eerstgeborenen, die in de hemelen opgeschreven zijn, en tot God, de Rechter over allen, en tot de geesten van de rechtvaardigen, die tot volmaaktheid zijn gekomen, en tot de Middelaar van het nieuwe ​verbond, ​Jezus, en tot het bloed van de besprenkeling, dat van betere dingen spreekt dan dat van ​Abel.” vs 22-24

De levenshouding van Ezau is verachting van het eerstgeboorterecht in Gods verbond en daarmee verachting van Christus als de Eerstgeborene. Toch trekt een leven waar we een deal met de duivel aangaan aan ons omdat die ons zoveel moois en zoveel genot op de wereld belooft als we ons niet zoveel van de HERE en Zijn geboden aantrekken. Waarom zou je elke week twee keer naar de kerk gaan? Waarom zou je niet samen met anderen je van tijd tot tijd eens flink bedrinken? Waarom zou je daar wegblijven waar dronken zijn en het gebruiken van bepaalde soorten verdovende middelen redelijk gewoon is? Waarom zou je je huwelijkskeuze laten beperken door een jongen of een meisje dat samen met jou met zijn of haar hart de HERE volgt en voor Christus leeft? Waarom zou je je zo ernstig bezighouden met Christus en met de Bijbel en met een leven waarin Gods geboden er voor zorgen dat je allerlei dingen niet doet die anderen wel doen en dat je allerlei dingen wel doet waar anderen lekker vrij van hebben? Waarom zou ik me niet uitleven op zaterdag en op zondag daarvan bijkomen in plaats van zondagochtend en middag fit in de kerk te zitten? Want ja dat is toch heel erg saai als je dat vergelijkt met al het vermaak dat er in de wereld te vinden is tot in je slaapkamer en de woonkamer van je huis.  Het vermaak om ons heen, de uitdagingen om ons heen zijn vaak heel uitdagend. We kunnen meeswingen op de geest van de tijd en dat voelt vaak op dat moment goed. Je hebt geen last van iemand die zegt dat wat je nu aan het doen bent toch niet  goed is. Je bent verlost van iemand waarvan het voelt dat Hij steeds over je schouder meekijkt. Je voelt je vrij. Dan kan de kerk en wat daar vanuit het Woord van God gezegd word je eigenlijk niet zo heel veel schelen. Dat raakt je niet zo. Ezau staat in moderne gedaante zo voor je. O ja als ik straks oud geworden ben of ziek of het moeilijk heb dan denk ik nog wel eens over God en Christus na. Dat dacht Ezau ook. We lezen namelijk ook in Hebreeën 12: “Laat niemand een hoereerder zijn, of onverschillig als ​Esau, die voor één spijze zijn ​eerstgeboorterecht​ verkocht. Want gij weet, dat hij later, toen hij (toch) de ​zegen​ wilde ​erven, afgewezen werd, want toen vond hij geen plaats voor berouw, hoewel hij het onder tranen zocht.” vs 16,17

Wat zeggen deze dingen ons vandaag? Ik noem een paar dingen:

a. Is het evangelie saai? Wel als je hart er niet bij is. Als je hart erbij is, als je je verwonderd over het feit dat je bij de HERE mag horen, dat er hoop en toekomst is door de vergeving die Christus verdiend heeft. Als je ziet hoe geweldig de HERE is, als je ziet dat Gods eigen Zoon Zijn hele leven voor jou heeft willen geven. Dat Hij zich voor jou 24 uur per dag tijdens Zijn leven op aarde tot Zijn dood onder de straf die wij verdiend heeft laten brengen. Als je dat met je hart ziet dan is het evangelie elke dag, dan is elke kerkdienst waarin dit evangelie verkondigd wordt en de HERE naar je toekomt zo geweldig. Je raakt niet uitgekeken op deze geweldige God en Verlosser. Dan heb je het gebed nodig dat je hart zo verandert dat het niet meer onverschillig is en niet langs Christus heenleeft. Steeds weer die echte bekering, verandering van je leven.

b. Je speelt met vuur als je nu maar afstand neemt en wat onverschillig leeft. Waarom zou ik in de kerk met een hart dat wil verlangen zitten, waarom zou ik op Bijbelstudie met eerbied meedoen. Waarom zou ik niet genieten van wat de wereld mij aanbiedt en wat in de Bijbel zondig wordt genoemd. Straks houd ik daar wel mee op. Dat denk je nu misschien maar bedenk dat je hart dan zo aan dat andere wat niet volgens Gods wil is gewend raakt. Daar word je dan zo door geraakt en gevormd dat de kans groot is dat je op het moment dat je denkt dat het goed is om naar Christus te gaan je het niet meer kunt. Je bent hem zo vreemd geworden. Dat is een heel duidelijke waarschuwing om het niet zo ver in je leven te laten komen. Verslavind aan de zonde doordat je een deal van de duivel gemaakt hebt is levensgevaarlijk.

c. Een leven voor eigen genot, volgens eigen mening, voor jezelf lijkt zo mooi. De duivel laat je graag het aantrekkelijke ervan zien. Maar de ellende is dat het eens totaal in elkaar stort en dan alleen maar de ellende van de hel overblijft. De stad met een leven volgens eigen genot wordt in de Bijbel Babylon genoemd. Wat gebeurt er op de dag dat de Here Jezus terugkomt? Dit: “En hij riep uit met krachtige stem: Zij is gevallen, zij is gevallen, het grote Babylon, en een woonplaats van demonen geworden, een schuilplaats voor allerlei onreine geesten en een schuilplaats voor allerlei onreine en weerzinwekkende vogels.  …..  En het geluid van citerspelers, zangers, fluitspelers en bazuinblazers zal beslist niet meer in u gehoord worden. En er zal geen enkele beoefenaar van welke kunst dan ook meer in u gevonden worden, en het geluid van de ​molen​ zal zeker niet meer in u gehoord worden.

23En het lamplicht zal nooit meer in u schijnen en de stem van een bruidegom of van een bruid zal nooit meer in u gehoord worden. Want uw kooplieden waren de groten van de aarde. Door uw ​tovenarij​ immers werden alle naties misleid.”vs 1,22,23

Wie voor het grote Babylon leeft, voor het genot van nu en voor jezelf komt eens voor eeuwig bedrogen uit. 

Waar gaat het om? Dat jij Christus kent als de Eerstgeboorne  waaronder jij jou stelt. Dat je naar Hem opkijkt, het van Hem verwacht, Hem volgt. Een leven leidt dat echt zin heeft en niet in de onzin van vermaak en eigen genot eens voor altijd verhuist naar waar niets meer te genieten valt.

Wees niet onverschillig Zie Gods geweldige liefde in Christus en wees zo door Gods genade een eerstgeborene die die heerlijke erfenis krijgt die nooit vergaat! Dan spreken deze woorden uit Hebreeën 12 je nu zo indringend en vol van Gods liefde aan: “Laten wij daarom, omdat wij een onwankelbaar Koninkrijk ontvangen, aan de ​genade​ vasthouden en daardoor God dienen op een Hem welgevallige wijze, met ontzag en eerbied. Want onze God is een verterend vuur.” Hebr 12:28,29

 

AMEN